1 KGT C5 Gram §5

Cursus 5 Grammatica § 5 blz. 206
*Lesdoel: 
Je weet wat een bijvoeglijk naamwoord is.

* Vorige les: pv en ond vinden in een zin
1 / 11
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo b, k, gLeerjaar 2

This lesson contains 11 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Cursus 5 Grammatica § 5 blz. 206
*Lesdoel: 
Je weet wat een bijvoeglijk naamwoord is.

* Vorige les: pv en ond vinden in een zin

Slide 1 - Slide

Welke woordsoorten ken jij tot nu toe?

Slide 2 - Open question

Wat is volgens jou een bijvoeglijk naamwoord?

Slide 3 - Open question

Aantekening Cursus 5 § 5 blz. 206
Een bijvoeglijk naamwoord kan vóór of achter het zelfstandig naamwoord staan:
Dat is een spannende film. / De film is spannend.

Een bijvoeglijk naamwoord heeft vaak een korte vorm (zonder -e) en een lange vorm (met een -e): een spannend boek / een spannende film.
Bij de meeste bijvoeglijke naamwoorden kun je de ‘trappen van vergelijking’ gebruiken: spannend - spannender - spannendst.


Slide 4 - Slide

Wat is een bijvoeglijk naamwoord?
A
Zegt iets over de persoonsvorm
B
De, het, een
C
Hetzelfde als een voorzetsel
D
Zegt iets over het zelfstandig naamwoord

Slide 5 - Quiz

'Veel ' en 'weinig' zijn bijvoeglijk naamwoorden. Een bijvoeglijk naamwoord zegt iets over
A
een zelfstandig naamwoord
B
een werkwoord

Slide 6 - Quiz

Wat is geen bijvoeglijk naamwoord?
A
grote
B
dikke
C
fietsen
D
gekke

Slide 7 - Quiz


Wat zijn de bijvoeglijke naamwoorden?
A
zonnige
B
dag
C
zonnige , leren
D
leren

Slide 8 - Quiz

Wat is geen bijvoeglijk naamwoord?
A
groene
B
sterke
C
man
D
boze

Slide 9 - Quiz

Zelfstandig werken of instructiegroep 

Huiswerk: 
* Online: Cursus 5 §4>opdracht 1 t/m 6 blz. 206-207 in je schrift of online.

Klaar?
Online> Cursus 5> §4> pv en ond trainen

timer
1:00

Slide 10 - Slide

Evaluatie





Wat ging er goed deze les?

Slide 11 - Slide