De Bloedvaten

1 / 20
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Periode planner
Week
1
2
3
4
5
lesdoel
verbranding
stofwisseling
ademhaling
ademhaling
ademhaling
bloedsomloop
Week
6
7
8
9
lesdoel
bloedsomloop
bloedomloop
herhaling 
herhaling

Slide 2 - Slide

Geef deze les vanuit de context van eten. Welk eten vinden de leerlingen lekker en wat is allemaal van planten gemaakt.
'
doel is vooral dat leerlingen snappen dat planten: vetten, koolhydraten, en eiwitten maken d.m.v. glucose.
Bloedvaten

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

      Lesdoelen
  • Je kunt uitleggen wat de functie van de bloedsomloop is.
  • Je kunt noemen uit welke onderdelen ons transportsysteem bestaat.
  • Je kunt de namen van de belangrijkste bloedvaten noemen.
  • Je kunt uitleggen waarom onze bloedsomloop uit een dubbele bloedsomloop bestaat.
  • Je kunt uitleggen hoe kleppen werken en waarvoor ze dienen.
  • Je kunt uitleggen hoe voedingsstoffen en zuurstof vanuit het bloed in de cellen terecht komen en afvalstoffen in omgekeerde volgorde.

Slide 4 - Slide

3. Leerdoelgericht werken
De docent geeft het onderwerp, RTTI geformuleerde leerdoelen en de lesopbouw aan. De docent weet de leerdoelen goed te laten aansluiten bij de voorkennis en het (taal)niveau van de leerlingen. Gedurende de les wordt continu een terugkoppeling naar de leerdoelen gemaakt om de mate van beheersing te controleren.   
      Lesdoelen
  • Je kunt uitleggen hoe het transportsysteem en de andere systemen in ons lichaam samenhangen.
  • Je kunt bij het transport van een stof alle bloedvaten waar de stof doorheen gaat in de juiste volgorde noemen.
  • Je kunt de bouw van slagaders, aders en haarvaten beschrijven.
  • Je kunt met kleur duidelijk maken in een tekening waar bloed zuurstofrijk en zuurstofarm is.

Slide 5 - Slide

3. Leerdoelgericht werken
De docent geeft het onderwerp, RTTI geformuleerde leerdoelen en de lesopbouw aan. De docent weet de leerdoelen goed te laten aansluiten bij de voorkennis en het (taal)niveau van de leerlingen. Gedurende de les wordt continu een terugkoppeling naar de leerdoelen gemaakt om de mate van beheersing te controleren.   
Dubbele bloedsomloop

Kleine bloedsomloop

Grote bloedsomloop

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Slide 7 - Video

This item has no instructions

Bloedvaten
aders en slagaders

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Namen van bloedvaten

Van hart af -> slagaders
Naar hart toe -> aders
In organen -> haarvaten

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Weefselvocht
Witte bloedcellen en vocht verlaat de haarvaten en gaat naar het weefsel toe. 

Op het moment dat ze buiten de haarvaten zijn noemen we dit weefselvocht

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Wat is de kleine bloedsomloop?
A
hart - alle organen - hart
B
hart - hersenen- hart
C
hart - longen - hart

Slide 11 - Quiz

This item has no instructions

Wat is de functie van de kransslagaders?
A
Zuurstof naar het hart brengen
B
Zuurstof bij het hart ophalen
C
Koolstofdioxide naar het hart brengen
D
Koolstofdioxide bij het hart ophalen

Slide 12 - Quiz

This item has no instructions

Waar zitten de halve maanvormige kleppen?
A
Tussen de linker- en de rechterhelft van het hart
B
Tussen de rechterkamer en longslagader en de linkerkamer en de aorta
C
Tussen de boezems en kamers in het hart
D
Tussen de rechterkamer en de aorta en de linkerkamer en de longslagader.

Slide 13 - Quiz

This item has no instructions

In de Slagaders..
A
Stroomt zuurstofrijk bloed van het hart weg.
B
Stroomt zuurstofarm bloed van het hart weg.
C
Stroomt zuurstofrijk bloed naar het hart toe.
D
Stroomt zuurstofarm bloed naar het hart toe.

Slide 14 - Quiz

This item has no instructions

Hoe stroomt je bloed... Zet in de juiste volgorde vanaf de Holle ader (=1)
Linker kamer
Linker boezem
Holle ader
Rechter boezem
Rechter kamer
Longslagader
Longader
Aorta

Slide 15 - Drag question

This item has no instructions


Welke drie soorten bloedvaten zijn er?
A
Aorta, slagaders en aders
B
Aorta, aders en haarvaten
C
Aorta, slagaders en haarvaten
D
Slagaders, aders en haarvaten

Slide 16 - Quiz

This item has no instructions

Welke bloedvaten hebben de dikste wand?
A
slagaders
B
aders
C
haarvaten

Slide 17 - Quiz

This item has no instructions

In welke bloedvaten is de bloeddruk laag?
A
In haarvaten en aders
B
alleen in aders
C
alleen in haarvaten

Slide 18 - Quiz

This item has no instructions

Evaluatie Leerdoelen
  • Je kunt uitleggen wat de functie van de bloedsomloop is.
  • Je kunt noemen uit welke onderdelen ons transportsysteem bestaat.
  • Je kunt de namen van de belangrijkste bloedvaten noemen.
  • Je kunt uitleggen waarom onze bloedsomloop uit een dubbele bloedsomloop bestaat.
  • Je kunt uitleggen hoe kleppen werken en waarvoor ze dienen.
  • Je kunt uitleggen hoe voedingsstoffen en zuurstof vanuit het bloed in de cellen terecht komen en afvalstoffen in omgekeerde volgorde.

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Evaluatie Leerdoelen
  • Je kunt uitleggen hoe het transportsysteem en de andere systemen in ons lichaam samenhangen.
  • Je kunt bij het transport van een stof alle bloedvaten waar de stof doorheen gaat in de juiste volgorde noemen.
  • Je kunt de bouw van slagaders, aders en haarvaten beschrijven.
  • Je kunt met kleur duidelijk maken in een tekening waar bloed zuurstofrijk en zuurstofarm is.

Slide 20 - Slide

This item has no instructions