Uiterlijk taak 4

• NT2
• ISK

Uiterlijk taak 4

Wat gaan we doen?

• Huiswerk laten zien.
• Woorden herhalen.
• Nieuwe woorden leren.
• Taak 4 uitvoeren.

• Huiswerk
• Schrift en pen
• Laptop -> inloggen LessonUp

Wat moet je pakken?

Type hier een titel

Wat ga je in dit thema leren?

• Je geeft een beschrijving, stelt vragen en beantwoordt vragen.
  
• Je doet een onderzoek naar kleding op school.
  
• Je voert een discussie over kleding.
  
• Je schrijft een tekst over geld uitgeven.
  
• Je beschrijft verschillen, bedenkt argumenten en geeft je mening.

Doelen

Aan het einde van deze les:

- Kun je de woorden van les 5 vertalen en er een Nederlandse zin mee schrijven.

- Kun je een goede tekst schrijven over hoe je geld wil uitgeven.

- Kun je de woorden eerst en daarna in je tekst gebruiken.

Kunst, taal, hoort bij een land of groep mensen ....

Precies in het midden

1. Normaal
2. Gemiddeld
3. Middens
4. Terwijl

Terwijl ik uitleg geef, schrijven jullie het op.
terwijl = ?

1. Tijdens
2. Praten
3. Soms
4. Nu

De patiënt

Type hier een titel

Woorden les 5

Emma draagt een bruin vest. Ze heeft een nieuwe broek gekocht in haar maat. Hij koste slechts 30 euro. Nu leest ze een supertof tijdschrift over mode. Ze voelt zich tevreden omdat ze nu precies weet wat bij haar past. Plotseling stoot ze haar knie tegen de tafel en roept "Au!" Ze bekijkt de blauwe plek die ontstaan is. "Het doet gelukkig niet zoveel pijn," zegt ze.

• Schrijf het woordweb in je schrift!

Type hier een titel

De maat

Voorbeeldzin: De broek was uitverkocht in mijn maat.

Type hier een titel

Ontstaan

Voorbeeldzin: Door foto’s te bewerken ontstaan er perfecte mensen.

Type hier een titel

Tevreden

Voorbeeldzin: Ik ben tevreden met mijn cijfer voor de toets

Type hier een titel

Slechts

Er waren vandaag slechts drie leerlingen in de les.

Type hier een titel

Supertof

Type hier een titel

Het recht

Voorbeeldzin: Je hebt het recht om te protesteren.

Je hebt een cheque van 10.000 euro gewonnen. Dit geld mag je alleen uitgeven aan je uiterlijk.

Je kunt kleding kopen, naar de kapper gaan, mooie sieraden kopen, een tattoo laten zetten, of wat je maar wil. Maar let op: je moet het geld op één dag uitgeven. De winkels gaan om negen uur open en ze gaan om zes uur dicht.

Wat doe je eerst?

Wat je doe daarna

Schrijf een zin met eerst en daarna.

Schrijf in je schrift

• In welke winkel begin je om negen uur? Hoe lang blijf je daar?
  
• Wat ga je daar kopen?
  
• Waar ga je daarna naartoe? Hoe laat is het dan?
  
• Is al het geld op aan het eind van de dag?

• Om negen uur ga ik naar de Zara, ongeveer een uur.
• Ik ga daar heel veel nieuwe kleren kopen. 10 nieuwe truien en 8 nieuwe broeken.
• Ik ga naar de kapper. Daar blijf ik 3 uren.
• Al het geld is helemaal op aan het einde van de dag.

Om negen uur 's ochtends begin ik de Zara. Hier ga ik ongeveer een uur blijven. In de Zara ga ik heel veel nieuwe kleren kopen. Ik wil tien nieuwe truien en misschien nog wel wat meer. Daarna ga ik naar de kapper. Daar ga ik mijn haar verven en knippen. Dit duurt ongeveer een uur. `Vervolgens ga ik naar de sieradenwinkel. Hier ga ik een gouden ketting en oorbellen kopen. Ik wil ook nog naar de Gucci winkel om een tas te kopen. Aan het einde van de dag is mijn geld bijna op. Ik denk dat ik nog ongeveer 50 euro heb.

• Om negen uur ga ik naar de Zara, ongeveer een uur.
• Ik ga daar heel veel nieuwe kleren kopen. 10 nieuwe truien en 8 nieuwe broeken.
• Ik ga naar de kapper. Daar blijf ik 3 uren.
• Al het geld is helemaal op aan het einde van de dag.

Klaar?

Opdrachtenboekje maken

Doelen

Aan het einde van deze les:

- Kun je de woorden van les 5 vertalen en er een Nederlandse zin mee schrijven.

- Kun je een goede tekst schrijven over hoe je geld wil uitgeven.

- Kun je de woorden eerst en daarna in je tekst gebruiken.

Doelen

Aan het einde van deze les:

- Kun je de woorden van les 5 vertalen en er een Nederlandse zin mee schrijven.

- Kun je een goede tekst schrijven over hoe je geld wil uitgeven.

- Kun je de woorden eerst en daarna in je tekst gebruiken.

Gelukt?

Huiswerk

Huiswerk voor maandag:

Maak de woordenlijst van les 5. 

Maak de bronnen en bouwstenen in DISK af.

Let op! Vrijdag toets van thema 9!