Verslag schrijven

Verslag schrijven
FIX Schrijven H3
1 / 17
next
Slide 1: Slide
NederlandsMBOStudiejaar 1

This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Verslag schrijven
FIX Schrijven H3

Slide 1 - Slide

15 minuten lezen
timer
15:00

Slide 2 - Slide

Welke verslagen ken je?

Slide 3 - Mind map

Soorten verslagen FIX
  • Stageverslag
  • Reflectieverslag
  • Jaarverslag
  • Notulen
  • ..........

Slide 4 - Slide

Onderwerp: 
fietslicht
Deelonderwerp:
fietslamp aan in het donker
Deelonderwerp:
fietsverlichtings-actie doelgroep
Deelonderwerp:
boete fietsen zonder lamp
Middenstuk: 
Alinea 2
Alinea 3
Alinea 1
Tekst:
Licht aan op de fiets!

Slide 5 - Slide

Onderwerp: 
Vakantie
Deelonderwerp:
Rust
Deelonderwerp:
Buitenlucht
Deelonderwerp:
Zelf bepalen
Middenstuk: 
Alinea 3
Alinea 4,5,6
Alinea 2
Tekst:
Goed voor iedereen! 

Slide 6 - Slide

De deelvragen ...
- helpen het antwoord op de hoofdvraag te vinden.
- behandelen één deelonderwerp
- zijn geen gesloten vragen.

Slide 7 - Slide

Stappenplan werkstuk
Stap 1: oriënteren  
- Zoek een onderwerp.  
Stap 2: voorbereiden  
- Bedenk een hoofdvraag en een aantal deelvragen.  
- Zoek per deelvraag naar informatie.  
- Noteer de bronnen.  
- Leg de bruikbare informatie per deelvraag in de volgorde        waarin je ze gaat gebruiken.  
Stap 3: uitvoeren  
- Schrijf een inleiding met daarin de hoofdvraag.  
- In de kern voeg je alle bruikbare informatie per deelvraag samen.  
- In het slot trek je de conclusie: je beantwoordt de hoofdvraag.  
- Je sluit je werkstuk af met een bronnenlijst.  
- Bedenk een geschikte titel en zet die boven je tekst. 

Stap 4: nakijken 
- Controleer de inhoud na een dag op inhoud, spelling en zinsbouw. 
Stap 5: verbeteren 
- Herschrijf je werkstuk  

Slide 8 - Slide

Mag je Wikipedia gebruiken voor een werkstuk?
A
Ja
B
Nee

Slide 9 - Quiz

Is Wikipedia betrouwbaar?
A
jazeker!
B
niet echt
C
helemaal niet
D
weet niet

Slide 10 - Quiz

Stel je eens voor dat je een werkstuk moet maken over Napoleon.


Je gaat dan eerst zoeken naar teksten die je kunt gebruiken voor je werkstuk. Welke leesstrategie gebruik je dan?
A
Intensief lezen
B
Studerend lezen
C
Zoekend lezen
D
Kritisch lezen

Slide 11 - Quiz

Bronnen zoeken voor een werkstuk
A
Verkennend lezen
B
Nauwkeurig lezen
C
Zoekend lezen
D
Studerend lezen

Slide 12 - Quiz

Je leest:
een tekst op Wikipedia voor je werkstuk.
A
Kritisch lezen
B
Lerend lezen
C
Studerend lezen
D
Oriënterend lezen

Slide 13 - Quiz

Wat doe je met de informatie die je hebt verzameld voor je werkstuk?
A
Letterlijk overschrijven in de verschillende hoofdstukken.
B
Een samenvatting schrijven met moeilijke woorden erin.
C
In je eigen woorden de informatie samenvatten en opschrijven. De moeilijke woorden haal je eruit en schrijf je ook in je eigen woorden op.

Slide 14 - Quiz

Een pagina op internet beoordelen op bruikbaarheid voor je werkstuk.
A
Intensief
B
Oriënterend
C
Studerend
D
Kritisch

Slide 15 - Quiz

Een bronnenlijst staat altijd voorin je werkstuk.
A
waar
B
niet waar

Slide 16 - Quiz

Ik kan nu mijn deelonderwerpen schrijven
😒🙁😐🙂😃

Slide 17 - Poll