Herhaling Can & be able to Past continuous en Tag Questions

Herhaling

Can & be able to

Past continuous

Tag questions

1 / 24
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

This lesson contains 24 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Herhaling

Can & be able to

Past continuous

Tag questions

Slide 1 - Slide

Lesson Goals
After this lesson I know how to use
Can & be able to
The Past continuous
Tag questions

Slide 2 - Slide

Can

Can = kan, kunnen
Can + hele werkwoord
Could in de verleden tijd gebruiken.


Gebruik: als je praat over vaardigheden die je geleerd hebt.
Wednesday can dance very well.

Slide 3 - Slide

Can

Can in een vraag: 
can vooraan zetten, gevolgd door het onderwerp en het tweede werkwoord.


Can you speak three different languages?



Slide 4 - Slide

Can

Can in een ontkenning:
not toevoegen aan can > can't/cannot.
Er verandert verder niets aan de zin.


He can't swim very fast

He cannot swim very fast

Slide 5 - Slide

To be able to

To be able to = in staat zijn om (fysiek)
Juiste vorm van 'to be' gebruiken.
am/are/is > tegenwoordige tijd
was/were > verleden tijd
will > toekomst


Na 'to be able to' volgt het hele werkwoord.

Slide 6 - Slide

To be able to

Vragen maken: vorm van 'to be' vooraan zetten, gevolgd door het onderwerp en able to + hele werkwoord.


Are you able to come to my party tonight?

Were you able to get up?

Will you be able to walk next week?

Slide 7 - Slide

To be able to
Ontkenningen maken:

1. not toevoegen aan de vorm van 'to be'.
She was not able to come.

2. to be unable to
She was unable to come.

Slide 8 - Slide

Formeel / informeel
Can gebruiken in informele zinnen
en
to be able to in
formele zinnen.

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Link

Past continuous
What about the past continuous?

Slide 11 - Slide

Wanneer gebruik je de past continuous? 

Je gebruikt de past continuous als iemand in het verleden een tijdje iets aan het doen was

De past continuous is het rode
boogje  -->

Slide 12 - Slide

Past Continuous

Slide 13 - Slide

Past Continuous

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Link

Past simple & Past continuous
Twee vormen van verleden tijd:
- Past simple 
- Past continuous 

Slide 16 - Slide

Past Simple vs Past Continuous
De actie die het langst duurt is de Past Continuous en de kortste actie is de Past Simple

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Link

TAG QUESTIONS

Slide 19 - Slide

Tag questions
Als de zin bevestigend is, is de tag question ontkennend.

Als de zin ontkennend is, is de tag question bevestigend.

Slide 20 - Slide

Tag questions

Slide 21 - Slide

Tag Questions

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Link

Slide 24 - Slide