Taalvaardigheid 4BK, herhaling stof klas 3

Taalvaardigheid
In deze les ga je oefeningen maken die te maken hebben met taalvaardigheid, oftewel spelling. De tot nu toe behandelde stof uit klas 3 komt aan bod.
1 / 35
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 4

This lesson contains 35 slides, with interactive quizzes, text slides and 4 videos.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Taalvaardigheid
In deze les ga je oefeningen maken die te maken hebben met taalvaardigheid, oftewel spelling. De tot nu toe behandelde stof uit klas 3 komt aan bod.

Slide 1 - Slide

Opdrachten
Deze les bestaat uit uitleg van de theorie en opdrachten.

De opdrachten bestaan uit theorie vragen (wat is de regel) en toepassingsvragen (hoe pas je de regel toe).

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Video

Leestekens
Neem de volgende zinnen. Zet hoofdletters en leestekens waar dat moet. Gebruik voor citaten de dubbele aanhalingstekens. Deze dus: "!

Slide 4 - Slide

de rector zei ik heet jullie welkom op de eerste schooldag

Slide 5 - Open question

mag ik uw pen even lenen vroeg jente aan de verkoper

Slide 6 - Open question

de boze peuter krijste tegen zijn moeder ik wil niet mee naar het strand

Slide 7 - Open question

Slide 8 - Video

Tussenletters
De volgende samenstellingen zijn bijzondere gevallen die geen -en als tussenletter krijgen. Noteer voor elke samenstelling om welke uitzondering het gaat.

Slide 9 - Slide

blindedarm
Het eerste deel
A
gaat over iets waar er echt maar één van is
B
heeft ook een meervoud op -s
C
heeft een versterkende betekenis
D
is geen zelfstandig naamwoord

Slide 10 - Quiz

huilebalk
Het eerste deel
A
gaat over iets waar er echt maar één van is
B
heeft ook een meervoud op -s
C
heeft een versterkende betekenis
D
is geen zelfstandig naamwoord

Slide 11 - Quiz

keuzevrijheid
Het eerste deel
A
gaat over iets waar er echt maar één van is
B
heeft ook een meervoud op -s
C
heeft een versterkende betekenis
D
is geen zelfstandig naamwoord

Slide 12 - Quiz

pikkedonker
Het eerste deel
A
gaat over iets waar er echt maar één van is
B
heeft ook een meervoud op -s
C
heeft een versterkende betekenis
D
is geen zelfstandig naamwoord

Slide 13 - Quiz

lindebloesem
Het eerste deel
A
gaat over iets waar er echt maar één van is
B
heeft ook een meervoud op -s
C
heeft een versterkende betekenis
D
is geen zelfstandig naamwoord

Slide 14 - Quiz

zonnestelsel
Het eerste deel
A
gaat over iets waar er echt maar één van is
B
heeft ook een meervoud op -s
C
heeft een versterkende betekenis
D
is geen zelfstandig naamwoord

Slide 15 - Quiz

Slide 16 - Video

Meervouden
Noteer het meervoud van de volgende zelfstandige naamwoorden.

Slide 17 - Slide

vork

Slide 18 - Open question

ree

Slide 19 - Open question

farao

Slide 20 - Open question

raam

Slide 21 - Open question

ster

Slide 22 - Open question

leeuwerik

Slide 23 - Open question

pc

Slide 24 - Open question

avocado

Slide 25 - Open question

drie

Slide 26 - Open question

kolonie

Slide 27 - Open question

Slide 28 - Video

Spatietoets
De volgende dia bevat een link naar een online spatietoets. Maak deze toets. Bij de vragen die je niet snapt, schrijf je een vraag op. De vragen zet je straks in een andere dia.

Slide 29 - Slide

Slide 30 - Link

Noteer hier de vragen die je hebt naar aanleiding van de spatietoets.

Slide 31 - Open question

Heb je nog vragen over het onderdeel leestekens, zet ze hieronder.

Slide 32 - Open question

Heb je nog vragen over het onderdeel tussenletters, zet ze hieronder.

Slide 33 - Open question

Heb je nog vragen over het onderdeel meervouden, zet ze hieronder.

Slide 34 - Open question

Heb je nog vragen over het onderdeel aan elkaar of los, zet ze hieronder.

Slide 35 - Open question