Introductie

Introductieles O&O

taa@jfc.nl
1 / 27
next
Slide 1: Slide
TechniekMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

This lesson contains 27 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Introductieles O&O

taa@jfc.nl

Slide 1 - Slide

Programma 28-1
  • Basisregels
  • Wat leer je bij het Technasium?
  • Wat moet je kunnen om een goede ontwerper te worden?
  • Welke stappen volg je om tot een goed ontwerp te komen? 
  • Rondleiding werkplaats / Technasium
  • Opdracht werkplaatsvaardigheden

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Basisregels
  1. Bij binnenkomst leg je de tas in de kast. 
  2. De laptop blijft dicht, tot ik zeg dat deze open mag.
  3. De laptop wordt alleen gebruikt voor het project.
  4. Wanneer ik uitleg geef, zijn jullie stil.
  5. Je vraagt toestemming om naar de wc te gaan.
  6. Wanneer ik een teken geef, begin je met opruimen van je eigen werktafel.

Slide 5 - Slide

Wat leer je bij het Technasium?
???

Slide 6 - Slide

Wat leer je bij het Technasium?
  • Samenwerken
  • Onderzoek doen
  • Creatief denken
  • Ontwerpvaardigheden
  • Kennis van materialen
  • Werken met machines

Slide 7 - Slide

Wat leer je bij het Technasium?
Bij het Technasium werken we aan échte problemen en échte oplossingen.

Bijvoorbeeld: herinrichten van het Oldenbarneveldplein in Barneveld,  ontwerpen van een efficiente trap voor een Tiny House (Eestairs), bedenken van een interactieve rondleiding bij een staalbedrijf (Van den Brink).

Wat moet je kunnen om een goede onderzoeker of ontwerper te worden?

Slide 8 - Slide

Competenties (vaardigheden)

  1. plannen en organiseren
  2. samenwerken
  3. individueel werken
  4. doorzetten
  5. kennisgericht zijn
  6. productgericht zijn
  7. procesgericht zijn
  8. inventiviteit/creativiteit


  1. een goede planning maken 
  2. taken verdelen binnen je team
  3. zelfstandig werken
  4. niet opgeven als het tegenzit
  5. teksten lezen en vragen stellen
  6. mooi product maken (werkplaats)
  7. onderscheiden ontwerpfases 
  8. (nieuwe) oplossingen bedenken

Slide 9 - Slide

Ontwerpcyclus

Slide 10 - Slide

Ontwerpcyclus
1. probleem verkennen
2. ideeën verzinnen 
3. concepten uitwerken
4. prototype maken
5. testen en verbeteren
6. presenteren

Slide 11 - Slide

Ontwerpcycyclus
  1. Orientatie (2 lessen)
    Kennismaken met de opdrachtgever. Wat is het probleem? Voor wie is dit belangrijk? Welke oplossingen zijn al bedacht door anderen?
  2. Ideeen verzinnen (2 lessen)
    Bedenk nieuwe oplossingen en kies de beste
    Aan welke eisen moet jullie ontwerp voldoen?
  3. Concepten uitwerken (2 lessen)
    Maak schetsen van jullie ontwerp (jullie oplossing)

Slide 12 - Slide

Ontwerpcyclus (vervolg)
    4. Prototype maken (6 lessen)
        Maak een prototype van jullie ontwerp (in de werkplaats)
    5. Prototype testen (1 les)
        Controleer of jullie prototype voldoet aan de eisen
    6. Delen (2 lessen)
 
       Maak een pitch (3-5 min) over het ontwerp en het -proces
         (hoe ben je op het idee gekomen, welke keuzes heb je gemaakt)
         Presenteer jullie prototype aan de opdrachtgever

Slide 13 - Slide

Praktische aanwijzingen
(Hierna gaan we in twee groepen uit elkaar)

Slide 14 - Slide

TOA's
  • Meneer Rietveld, meneer Van den Bosch
  • Toezien op de veiligheid van leerlingen
  • Advies over het (efficient) gebruik van materialen
  • Uitleg over het gebruik van machines en gereedschappen 

Slide 15 - Slide

Rondleiding Technasium
  1. Bètacafé
  2. Pitstop
  3. Denktank
  4. Keuken
  5. Werkplaats
  6. Scrapheap
  7. Presentatieruimte

Slide 16 - Slide

Veiligheidsregels
  1. Draag een veiligheidsbril of staart waar dat moet.
  2. Loop niet weg bij machines die aan staan.
  3. Zorg dat niemand kan struikelen over een snoer.
  4. Loop niet rond met scherp gereedschap.
  5. Laat gereedschap niet rondslingeren.
  6. Ruim je eigen rommel op.














Slide 17 - Slide

Opruimen werkplaats
Iedereen: 
  • tafel schoon en leeg achterlaten (blik en veger)
  • spullen die herbruikbaar zijn, breng je naar de scrapheap
  • kwasten uitspoelen, eigen spullen naar de berging brengen

Corvee ploeg:
  • vloer vegen (van raamkant naar machines)
  • machines vegen + afval in de container doen

Slide 18 - Slide

Groepsindeling

Slide 19 - Slide

Opdracht werkplaatsvaardigheden

(3 lessen)

Slide 20 - Slide

Werkplaatsvaardigheden
  1. Je werkt in tweetallen; overleggen met andere groepjes is toegestaan.
  2. Bij de opdracht gebruik je meerdere materialen, methoden en machines.
  3. Het werkstuk wordt beoordeeld door de docent op kwaliteit (netjes gewerkt) en creativiteit (nieuw idee).














Slide 21 - Slide

Werkplaatsvaardigheden
  1. Je krijgt een vaste werkplek voor je groepje (nummer). Na afloop ruim je je eigen werkplek op.
  2. Gereedschap dat je leent, leg je voor het eind van de les terug op de juiste plek.
  3.  Vragen stellen mag: eerst binnen je groepje, daarna aan
    een ander groepje, daarna aan de TOA of de docent.

Slide 22 - Slide

Werkplaatsvaardigheden
  1. Orientatie: Noem vijf dieren die kunnen vliegen en vijf dieren die niet kunnen vliegen.
  2. Orientatie: Op welke manier kunnen mensen vliegen?
  3. Brainstorm: Hoe kun je een dier dat niet kan vliegen tóch laten vliegen? 
  4. Maak minimaal twee schetsen van het 'vliegende dier'
  5. Laat jullie ontwerp beoordelen door de docent

Slide 23 - Slide

Tweetallen vormen
  1. Wat is je favoriete sport of hobby?
  2. Waar word jij blij van; waar ben jij goed in?
  3. Heb je wel eens iets ontworpen? (denk aan Lego, Kapla, Minecraft,  boomhut, etc.)
  4. Wat wil jij leren bij O&O dit schooljaar?














timer
5:00

Slide 24 - Slide

Tweetallen vormen
  1. Stel minimaal twee vragen aan minimaal drie klasgenoten.
  2. Vraag daarna of iemand met jou wil samenwerken.
  3. Geef aan mij door welk tweetal je hebt gevormd.














Slide 25 - Slide

Opdracht handafdruk
  1. Duim: je hobby's of iets waar je goed in bent
  2. Wijsvinger: wat je doel is of wat je later wilt worden
  3. Middelvinger: iets waar je een hekel aan hebt
  4. Ringvinger: wie voor jou belangrijk zijn
  5. Pink: iets wat weinig mensen van jou weten
  6. Handpalm: je naam
  7. Speel het spel: wie is wie?!

Slide 26 - Slide

Slide 27 - Slide