2.4 Nederland tijdens WO I 3.1 Leven in de Sovjetunie
Vorige les
WO I: de impact
Doel = aan het eind van deze les kun je uitleggen hoe de Eerste Wereldoorlog eindigde én welke gevolgen de Eerste Wereldoorlog had
1 / 29
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare school
This lesson contains 29 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.
Items in this lesson
2.4 Nederland tijdens WO I 3.1 Leven in de Sovjetunie
Vorige les
WO I: de impact
Doel = aan het eind van deze les kun je uitleggen hoe de Eerste Wereldoorlog eindigde én welke gevolgen de Eerste Wereldoorlog had
Slide 1 - Slide
In hoeverre mag je niets doen?
art. 446: bij algemeen gevaar mag men niet het hulpbetoon weigeren dat de openbare macht vordert
art. 450: het is strafbaar niets te doen als men iets hoorde te doen
Vervolgen 200 omstanders die niets doen? https://www.nrc.nl/nieuws/1993/08/25/passieve-omstanders-moeilijk-te-vervolgen-7193576-a10113
Slide 2 - Slide
Les van vandaag
Voor de vakantie
2.4 Nederland tijdens WO I
3.1 Leven in de Sovjet-Unie
Doel = aan het eind van deze les kun je uitleggen waarom de Eerste Wereldoorlog zo veel doden kende én hoe deze eindigde
Slide 3 - Slide
Wat was de aanleiding voor WO I
A
Bondgenootschappen
B
De betalingen die Duitsland moest doen
C
Het nationalisme
D
De moord op Frans Ferdinand
Slide 4 - Quiz
Wat is militarisme?
A
Trots zijn op de prestaties in de oorlog
B
Trots zijn op alles dat met het leger te maken heeft
C
Iedereen verplichten militair te zijn
D
Trots zijn op de soldaten in het leger
Slide 5 - Quiz
Wat is een wapenwedloop
A
Een weddenschap over wie de beste wapens heeft
B
Een één op één gevecht met wapens
C
Strijd tussen partijen om wie de meeste en krachtigste wapens heeft
D
Strijd tussen landen om wie de meeste en krachtigste wapens heeft
Slide 6 - Quiz
Wie hoorde niet bij de Geallieerden?
A
Frankrijk
B
Verenigd Koninkrijk
C
Rusland
D
Verenigde Staten
Slide 7 - Quiz
Wie hoorde niet bij de Centralen?
A
Servië
B
Oostenrijk-Hongarije
C
Duitsland
D
Italië
Slide 8 - Quiz
Waarom gingen de Duitsers over op het Von Schlieffenplan?
A
Omdat Von Schlieffen de Duitse Generaal was
B
Omdat ze door Rusland waren aangevallen
C
Omdat ze geen oorlog op 2 fronten konden voeren
D
om een oorlog op 2 fronten te voeren
Slide 9 - Quiz
Welke hoort niet bij wereldoorlog 1?
A
Loopgravenoorlog
B
Duikbootoorlog
C
Totale oorlog
D
Nucleaire oorlog
Slide 10 - Quiz
Wat hield het Zimmermann telegram in?
A
Duitsland verklaart VS oorlog
B
Duitsland verklaart Mexico oorlog
C
Duitsland vraagt VS als bondgenoot
D
Duitsland steunt Mexico voor oorlog met VS
Slide 11 - Quiz
Hoeveel oorzaken ken jij nog voor het uitbreken van WO I?
Slide 12 - Open question
Alle oorzaken zorgen voor een eplosieve situatie in Europa
Het wachten is op het aansteken van de lont...
Slide 13 - Slide
Uitleg!
Pak je schrift, aantekeningen!
Slide 14 - Slide
Nederland in WO I
Neutraal
Mobilisatie = het leger gereedmaken
Vluchtelingen
Afnemen internationale handel --> tekorten --> distributie = manier om beschikbare producten te verdelen, vaak via bonnen
Slide 15 - Slide
Arbeidersrevolutie
Honger, kou, ziekte, werkeloosheid
Communistische revolutie in Europa
Troelstra's poging mislukt
Rest van Europa succes: Sovjetunie
Slide 16 - Slide
Slide 17 - Video
Sovjet-Unie
1918: Russische revolutie
Communisten winnen Russische revolutie
Rusland --> Sovjet-Unie (1922)
Totalitaire samenleving = samenleving waarin de overheid alle macht heeft en grote invloed heeft op het leven van de burgers. Het individu is onbelangrijk
Slide 18 - Slide
Vladimir Lenin
Communist
1922: eerste leider SU
Verder ontwikkelen geheime politie en strafkampen
Slide 19 - Slide
Josif Stalin
Communist
1928: opvolger Lenin
Miljoenen slachtoffer van terreur = geweld gebruiken tegen willekeurige personen voor of namens de overheid
Showproces = openbare rechtszaak waarbij de uitspraak van tevoren al vaststaat
Slide 20 - Slide
Sovjet-Unie onder Stalin
Planeconomie = de overheid besluit wat en hoeveel er geproduceerd wordt --> meer productie
Collectivisatie = samenvoegen van kleine, zelfstandige bedrijven tot één groot, gemeenschappelijk bedrijf --> meer opbrengst
Niet mee eens? --> vijand van het communisme --> strafkamp of erger
Slide 21 - Slide
Wat past niet bij Nederland tijdens WO I?
A
Tekorten
B
Communistische revolutie
C
Neutraal
D
Vluchtelingen
Slide 22 - Quiz
Sovjetunie was ...
A
Liberaal
B
communistisch
C
sociaal
D
christelijk
Slide 23 - Quiz
Totalitaire samenleving = samenleving waarin de overheid alle macht heeft en grote invloed heeft op het leven van de burgers. Het individu is onbelangrijk. Welk modern land is ook totalitair?
Slide 24 - Open question
samenvoegen van kleine, zelfstandige bedrijven tot één groot, gemeenschappelijk bedrijf
A
Collectivisatie
B
Distributie
C
Planeconomie
D
Showproces
Slide 25 - Quiz
de overheid besluit wat en hoeveel er geproduceerd wordt
A
Showproces
B
Planeconomie
C
Collectivisatie
D
Distributie
Slide 26 - Quiz
openbare rechtszaak waarbij de uitspraak van tevoren al vaststaat
A
Planeconomie
B
Collectivisatie
C
Distributie
D
Showproces
Slide 27 - Quiz
manier om beschikbare producten te verdelen, vaak via bonnen