Rapporteren en observeren aan de hand van de ABCDE- methode

Leerdoelen
  • Jullie herkennen het verschil tussen objectief en subjectief rapporteren
  • Aan het eind van deze les kennen jullie de ABCDE-methode.
  • Jullie kunnen na het volgen van deze les een rapportage over Britt schrijven volgens de ABCDE- methode.
1 / 14
next
Slide 1: Slide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 1

This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Leerdoelen
  • Jullie herkennen het verschil tussen objectief en subjectief rapporteren
  • Aan het eind van deze les kennen jullie de ABCDE-methode.
  • Jullie kunnen na het volgen van deze les een rapportage over Britt schrijven volgens de ABCDE- methode.

Slide 1 - Slide

Inhoud

Doel van rapporteren
Hoe kom ik aan mijn informatie
Afspraken rondom rapporteren
De ABCDE- methode
Opdracht

Slide 2 - Slide

Wat is het verschil tussen objectief en subjectief?

Slide 3 - Open question

timer
1:00
Objectief
Subjectief
Feiten
Waarnemingen
Vaststelingen
individuele gevoelens
Vooroordelen
Meetbaar
Feitelijk
Gekleurd

Slide 4 - Drag question

Afspraken rondom rapportage
Schrijf objectief
Schrijf actief (wie doet wat)
Pas op voor vaktaal en afkortingen (Inf. in situ, AB gb)
Schrijf in complete zinnen  
Voorzien van initialen
Voorzien van datum en tijd

Slide 5 - Slide

Hoe start je een rapportage?
Verzamel gegevens
Verwerk gegevens in je dossier
Werk volgens een vast patroon.
Schrijf objectief, begrijpelijk en in complete zinnen.

Slide 6 - Slide

ABCDE methode (zakkaartje)

Slide 7 - Slide

A= Airway
  • Vrije ademweg
  • • Benauwdheid
  • • Stem
  • • Thoraxdrain
  • Inspectie mond/ keelholte
  • Bijgeluiden (gorgelen, snurken, in- exspirattoire stridor, reutelen)

Slide 8 - Slide

B= Breathing
  • Aan- of afwezig
  • Frequentie, hoe snel (hyper) of langzaam (hypo)
  • Diepte
  • Thoraxexcursie's (symmetrie-pneumothorax)
  • Ademarbeid (hulpademhalingsspieren)
  • Adempatroon (cheyne stokes, Kussmaul)
  • Bijgeluiden; gorgelen, snurken, ex- of in spiratoire stridor
  • Saturatie (spO2), Arteriele bloedgas
  • Cyanose

Slide 9 - Slide

C= Circulatie
  • Hartfrequentie (pols)
  • Regelmaat, Pulsatie's
  • Capilaire refill (CR)
  • Bloeddruk (RR)
  • Bloedveries (HB)
  • Vochtbalans (transpireren, urine)
  • Temperatuur
  • Huid (kleur: roze, bleek, wit,gemarmerd, grauw,  petechieën, 
  • hoe voelt de huid: koud, klam, droog)
  • Labuitslagen

Slide 10 - Slide

D= Disabillity
Bewustzijn, neurologische uitval, maar ook maag-darmkanaal.

  • Defaecatie, stoma
  • Slikken
  • Intake van voeding en vocht
  • Sondevoeding, hevel
  • Misselijk, braken
  • Bloedsuiker

  • Controle van het bewustzijn scoren: AVPU, EMV, GCS
  • Pijn, VAS.
  • Gevoelsstoornis,
  • Krachtsverlies, verlammingsverschijnselen, duizeligheid
  • Slapen, onrust
  • Mobiliseren, motoriek, bewegen, gewrichten en spieren.
E= Exposure/ Environment
omgevingsfactoren

  • Hierin valt het top-tot-teenonderzoek 
  • Problemen met: Infuus, catheter, hevel, sondes, drains.
  • Maar ook het verzorgen van wonden, kneuzingen, breuken en andere letsels.


Slide 11 - Slide

timer
1:00
D= Disabillity
Exposure/ Environment
AVPU
Onrust
Agitatie
Verward
Uitvalsverschijnselen
Glucose
Met dubbele tong spreken
Pupilrectie
Hoofdpijn
Emv
GCS
Uiterlijke kenmerken
Huid, kleur, wonden, decubitis, zwelling
Catheters
drains
Apparatuur

Slide 12 - Drag question

Slide 13 - Link

Je bent verpleegkundige in opleiding, je hebt een dagdienst en de opname van Britt verzorgd. Aan het einde van je dienst schrijf je de verpleegkundige rapportage.
Rapporteer in het verpleegkundig dossier van Britt, doe dit volgens de zojuist besproken structuur. Britt heeft een HA van 72, AH 18, saturatie 98%, temp 37,2. Linker been open cruris fractuur, huid om de wond ziet rood, gezwollen en is rood bloederig heeft iets doorgelekt in het verband. Pijnscore een 5, Britt is warrig en stelt geregeld dezelfde vraag.

Slide 14 - Open question