Rapporteren en observeren aan de hand van de ABCDE- methode

Rapporteren
1 / 19
next
Slide 1: Slide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 1

This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Rapporteren

Slide 1 - Slide

Leerdoelen
  • Jullie herkennen het verschil tussen objectief en subjectief rapporteren
  • Aan het eind van deze les kennen jullie de ABCDE-methode.
  • Jullie kunnen na het volgen van deze les een rapportage over Britt schrijven volgens de ABCDE- methode.

Slide 2 - Slide

Inhoud

Doel van rapporteren
Hoe kom ik aan mijn informatie
Afspraken rondom rapporteren
De ABCDE- methode
Opdracht

Slide 3 - Slide

Wat is het doel van rapporteren?
timer
1:00
A
Het is leuk om te vertellen wat de patiënt heeft meegemaakt.
B
Het is een methode om collega's en clienten op de hoogte te houden van jouw dagplanning.
C
Het is een methode om je collega's op de hoogte te houden van jouw persoonlijke interpretatie's van de situatie.
D
Het doel van rapporteren is het ondersteunen van goede zorgverlening.

Slide 4 - Quiz

Welke informatie verzamel ik om te kunnen rapporteren en hoe verkrijg ik deze?
timer
1:00

Slide 5 - Open question

Verzamelen verpleegkundige gegevens
  • Observeren: Kijken-ruiken-voelen
  •  Vragen stellen aan en luisteren naar….
  •  Lichaamsfuncties meten
  •  Consulteren andere disciplines
  •  Informatie uit Verpleegkundige overdracht/verpleegkundig dossier

Slide 6 - Slide

Wat is het verschil tussen objectief en subjectief?

Slide 7 - Open question

timer
1:00
Objectief
Subjectief
Feiten
Waarnemingen
Vaststelingen
individuele gevoelens
Vooroordelen
Meetbaar
Feitelijk
Gekleurd

Slide 8 - Drag question

Afspraken rondom rapportage
Schrijf objectief
Schrijf actief (wie doet wat)
Pas op voor vaktaal en afkortingen (Inf. in situ, AB gb)
Schrijf in complete zinnen  
Voorzien van initialen
Voorzien van datum en tijd

Slide 9 - Slide

Hoe start je een rapportage?
Verzamel gegevens
Verwerk gegevens in je dossier
Werk volgens een vast patroon.
Schrijf objectief, begrijpelijk en in complete zinnen.

Slide 10 - Slide

ABCDE methode (zakkaartje)

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Video

A= Airway
  • Vrije ademweg
  • • Benauwdheid
  • • Stem
  • • Thoraxdrain
  • Inspectie mond/ keelholte
  • Bijgeluiden (gorgelen, snurken, in- exspirattoire stridor, reutelen)

Slide 13 - Slide

B= Breathing
  • Aan- of afwezig
  • Frequentie, hoe snel (hyper) of langzaam (hypo)
  • Diepte
  • Thoraxexcursie's (symmetrie-pneumothorax)
  • Ademarbeid (hulpademhalingsspieren)
  • Adempatroon (cheyne stokes, Kussmaul)
  • Bijgeluiden; gorgelen, snurken, ex- of in spiratoire stridor
  • Saturatie (spO2), Arteriele bloedgas
  • Cyanose

Slide 14 - Slide

C= Circulatie
  • Hartfrequentie (pols)
  • Regelmaat, Pulsatie's
  • Capilaire refill (CR)
  • Bloeddruk (RR)
  • Bloedveries (HB)
  • Vochtbalans (transpireren, urine)
  • Temperatuur
  • Huid (kleur: roze, bleek, wit,gemarmerd, grauw,  petechieën, 
  • hoe voelt de huid: koud, klam, droog)
  • Labuitslagen

Slide 15 - Slide

D= Disabillity
Bewustzijn, neurologische uitval, maar ook maag-darmkanaal.

  • Defaecatie, stoma
  • Slikken
  • Intake van voeding en vocht
  • Sondevoeding, hevel
  • Misselijk, braken
  • Bloedsuiker

  • Controle van het bewustzijn scoren: AVPU, EMV, GCS
  • Pijn, VAS.
  • Gevoelsstoornis,
  • Krachtsverlies, verlammingsverschijnselen, duizeligheid
  • Slapen, onrust
  • Mobiliseren, motoriek, bewegen, gewrichten en spieren.
E= Exposure/ Environment
omgevingsfactoren

  • Hierin valt het top-tot-teenonderzoek 
  • Problemen met: Infuus, catheter, hevel, sondes, drains.
  • Maar ook het verzorgen van wonden, kneuzingen, breuken en andere letsels.


Slide 16 - Slide

timer
1:00
D= Disabillity
Exposure/ Environment
AVPU
Onrust
Agitatie
Verward
Uitvalsverschijnselen
Glucose
Met dubbele tong spreken
Pupilrectie
Hoofdpijn
Emv
GCS
Uiterlijke kenmerken
Huid, kleur, wonden, decubitis, zwelling
Catheters
drains
Apparatuur

Slide 17 - Drag question

Slide 18 - Link

Je bent verpleegkundige in opleiding, je hebt een dagdienst en de opname van Britt verzorgd. Aan het einde van je dienst schrijf je de verpleegkundige rapportage.
Rapporteer in het verpleegkundig dossier van Britt, doe dit volgens de zojuist besproken structuur. Britt heeft een HA van 80, RR 115/72, AH 18, saturatie 98%, temp 37,2. Rechter been open cruris fractuur, huid om de wond ziet rood, gezwollen en is rood bloederig heeft iets doorgelekt in het verband. Pijnscore een 5 in rust, Britt heeft extra pijnmedicatie gekregen. Britt is warrig en stelt geregeld dezelfde vraag. Britt is gespannen en angstig. Britt heeft geurineerd op de po. Britt menstrueert op dit moment.

Slide 19 - Open question