Spelling H2 Met of zonder -n

Met of zonder -n
1 / 20
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Met of zonder -n

Slide 1 - Slide

De bladeren vielen van de twee bomen.
... zijn nu bladerloos.
Beide
Beiden

Slide 2 - Poll

De kinderen vielen uit de boom.
... zijn gelukkig ongedeerd.
Beide
Beiden

Slide 3 - Poll

Wat is nu eigenlijk het verschil tussen de twee zinnen?
1. De bladeren vielen van de twee bomen. Beide zijn nu bladerloos.
2. De kinderen vielen uit de boom. Beiden zijn gelukkig ongedeerd.

Slide 4 - Open question

Welk telwoord staat zelfstandig in de zin?
A
Enkele leerlingen hadden het huiswerk niet gemaakt.
B
Enkelen hadden het huiswerk niet gemaakt

Slide 5 - Quiz

Welk telwoord staat zelfstandig in de zin?
A
Vele klasgenoten komen op het feest.
B
Velen komen op het feest.

Slide 6 - Quiz

Wanneer staat een telwoord dan zelfstandig in de zin?

Slide 7 - Open question

Oefenen maar

Slide 8 - Slide

Zijn Clemens en August hier de ... met verstand van kunst?
A
enige
B
enigen

Slide 9 - Quiz

Krijgen ook de ... die arriveren, dit aandenken van de fietstocht?
A
laatste
B
laatsten

Slide 10 - Quiz

... zijn geroepen, maar ... zijn uitverkoren, zegt de Bijbel.
A
Vele, weinige
B
Velen, weinige
C
Vele, weinigen
D
Velen, weinigen

Slide 11 - Quiz

Toen het zo sneeuwde, kwamen alleen de ... leerlingen op tijd in de les,
maar ... waren echt veel te laat.
A
eerste, sommige
B
eersten, sommigen
C
eerste, sommigen
D
eersten, sommige

Slide 12 - Quiz

Toen het zo sneeuwde, kwamen alleen de ... leerlingen op tijd in de les,
maar ... (leerlingen) waren echt veel te laat.

Slide 13 - Slide

Telwoorden zoals tientallen, honderden, duizenden en miljoenen schrijf je altijd met een -n.

Slide 14 - Slide

Van de ... Italiaanse gerechten lustte Jeanine er slechts ...
A
tientallen, enkelen
B
tientalle, enkelen
C
tientallen, enkele
D
tientalle, enkele

Slide 15 - Quiz

De kroketten waren ... te hard, maar de ... waren wel eetbaar.
A
allen, meeste
B
allen, meesten
C
alle, meeste
D
alle, meesten

Slide 16 - Quiz

Let op voorzetsels (telwoord wel zelfstandig)
Van de
Onder de
Met de
Etc.

Van de tientallen Italiaanse gerechten lustte 
Jeanine er slechts enkelen.

Slide 17 - Slide

Opdracht
Maak opdracht 2 op blz. 71 eerst samen en zet je antwoorden (zes woorden) in één bericht in het woordweb van LessonUp.

Klaar? Lees de theorie op blz. 70 nogmaals door.

Slide 18 - Slide

Opdracht 2

Slide 19 - Mind map

Maak opdracht 3 nu alleen.

Slide 20 - Slide