wk37 Introles + fictieles

Introductieles 
Nederlands in havo 2
1 / 12
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

This lesson contains 12 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Introductieles 
Nederlands in havo 2

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Planning
  • Nederlands in havo 2
  • Planner periode 1  doornemen
  • Leesboek uitkiezen
  • Een brief aan je docent Nederlands
  • Huiswerk

Slide 3 - Slide

Nederlands in havo 2
  • Fictie: opdracht (p1), presentatie (p2), opdracht (p3)
  • Taalverzorging (spelling en grammatica):  toets (p1p2p3)
  • Schrijven: toets (p1p3)
  • Leesvaardigheid: toets (p1p3p3)
  • Spreken: fictiepresentatie (p2), discussie (p3)

Slide 4 - Slide

Met welk onderdeel van Nederlands heb je de meeste moeite?
Grammatica
Spelling
Fictie
Leesvaardigheid
Schrijven
Spreken
Werkwoord-spelling
Alles

Slide 5 - Poll

Planner periode 1
  1. Fictie: opdracht mening (deadline: maandag 31 oktober)
  2. Taalverzorging deel 1 en schrijven 3: toets in de toetsweek


  • Benodigdheden: een schrift, je iPad, boekje taalverzorging
  • Let op: zorg dat je iedere les een leesboek bij je hebt

Slide 6 - Slide

Fictie
  • Maak de niveautest: https://niveautest.12-15.jeugdbibliotheek.nl/
  • Kies drie boeken uit: www.lezenvoordelijst.nl (docenten 12-15)
Beantwoord de onderstaande vragen over ieder boek:
  1. Wat is je eerste indruk van dit boek? Licht je antwoord toe
  2. Hoe aannemelijk is het dat je dit boek wil gaan lezen voor je fictieopdracht op een schaal van 1 tot 10? Leg je antwoord uit.

Slide 7 - Slide

timer
1:00
Je eerste indruk van het boek in één woord

Slide 8 - Mind map

Welke formele aanhef zou jij gebruiken in een zakelijke brief?
timer
1:00

Slide 9 - Open question

Welke formele afsluiting zou jij gebruiken in een zakelijke brief?
timer
1:00

Slide 10 - Open question

Een e-mail aan je docent Nederlands
Aandachtspunten:
  1.  Zorg voor een formele aanhef en afsluiting.
  2.  Vermijd zinnen die beginnen met ‘ik’.
  3.  Plaats witregels op de juiste plaatsen.
  4. Zorg voor een alinea-indeling.
  5. Vermijd taalfouten.
Schrijf een e-mail aan je docent Nederlands. Zet hier in ieder geval het volgende in: 

  1. Wie je bent (naam, hobby’s, favoriete vakken, bijbaantje, enzovoorts).
  2. Wat je hebt gedaan tijdens je zomervakantie.
  3. Wat je moeilijk of juist gemakkelijk vindt aan het vak Nederlands.
  4. Wat je hierbij verwacht van mij als docent.

Slide 11 - Slide

Huiswerk
  • Kies uit een boek uit op www.lezenvoordelijst (12-15 jaar)
  • Leen dit boek of e-book bij de bibliotheek 
  • Neem het boek mee naar de volgende les

Slide 12 - Slide