Grammatica: redekundig (les 3)

Welkom!

timer
10:00
Ga rustig zitten, pak je leesboek en start met lezen!
1 / 26
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

This lesson contains 26 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Welkom!

timer
10:00
Ga rustig zitten, pak je leesboek en start met lezen!

Slide 1 - Slide

Wat gaan we doen?

- Terugblik 

- Lesdoelen doornemen 

- Instructie 

- Zelf aan de slag 

- Evaluatie 

Slide 2 - Slide

Terugblik
- Vorige les hebben we even de leerstof uit jaar 1 herhaald.

- Doel was om het werkwoordelijk gezegde, onderwerp,                    lijdend voorwerp, meewerkend voorwerp en bijwoordelijke     
  bepaling te kunnen benoemen.

Slide 3 - Slide

Wie heeft mijn scooter gerepareerd?

mijn scooter =
A
onderwerp
B
meewerkend voorwerp
C
lijdend voorwerp
D
bijwoordelijke bepaling

Slide 4 - Quiz

Volgens de woordvoerder van PostNL kunnen postbodes heel goed als wijkbeheerder optreden.

postbodes =
A
onderwerp
B
werkwoordelijk gezegde
C
lijdend voorwerp
D
meewerkend voorwerp

Slide 5 - Quiz

Een rijke bankier wil als vriendelijk gebaar de noodlijdende amateurvoetbalclubs gratis voetbaltenues schenken.

als vriendelijk gebaar =
A
werkwoordelijk gezegde
B
bijwoordelijke bepaling
C
lijdend voorwerp
D
onderwerp

Slide 6 - Quiz

Lesdoelen
Aan het eind van deze les..

  • ... kun je de bijvoeglijke bepaling benoemen.

Slide 7 - Slide

Vul de zin aan met kenmerken/eigenschappen.

De leraar gaat in het weekend naar een festival.
timer
1:30

Slide 8 - Open question

Bijvoeglijke bepaling
  • Een bijvoeglijke bepaling is geen apart zinsdeel maar een deel van een zinsdeel
  • Het zegt altijd iets over een zelfstandig naamwoord.
  • Het staat vóór of achter het zn. waar het informatie over   geeft.


- De zelfverzekerde bokser | geeft | zijn jongere      tegenstander | een dreun van jewelste.

Slide 9 - Slide

Wat is waar over de bijvoeglijke bepaling? Kies de goede antwoorden.

Een bijvoeglijke bepaling...
A
is geen zinsdeel, maar een deel van een zinsdeel.
B
zegt iets over een werkwoord in een zinsdeel.
C
zegt iets over een zelfstandig naamwoord in een zinsdeel.
D
is altijd een zinsdeel.

Slide 10 - Quiz

Maak de zin zo kort mogelijk door alle bijvoeglijke bepalingen weg te laten.
Dat realistische verhaal over trekmieren is angstaanjagend!
timer
1:00

Slide 11 - Open question

Zelf aan de slag
Maken: 
   -> basis: 4 t/m 7 (p. 20 - 21)
   -> verdieping/herhaling in 
         LessonUp!

Af? Kijk je werk na. Antwoordbladen liggen op mijn bureau.


timer
15:00

Slide 12 - Slide

Weet je nu hoe je een bijvoeglijke bepaling kunt herkennen in de zin?
A
Ja
B
Nee
C
Meestal wel

Slide 13 - Quiz

Leg in je eigen woorden uit wat een bijvoeglijke bepaling is. Maak evt. gebruik van een voorbeeld.

Slide 14 - Open question

Omschrijf in één woord wat je van de les vond.

Slide 15 - Open question

Samenvatting grammatica
  • Heb je moeite met het benoemen van een zinsdeel? Bekijk HIER de samenvatting van grammatica redekundig (TIP!)

  • Na het bestuderen van de theorie, maak je de bijbehorende oefeningen (volgende slides).

  • Is alles na het lezen van de samenvatting duidelijk? Ga dan verder met de basisoefeningen (boek), extra oefeningen of de plusopdrachten.

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Video

Persoonsvorm
- Bekijk hier het filmpje over het vinden van de persoonsvorm (PV). Doe je oortjes in tijdens het kijken en luisteren!

- Maak vervolgens (één van) de volgende opdrachten:

Slide 18 - Slide

Zinsdeelproef
- Bekijk hier het filmpje over het toepassen van de zinsdeelproef. Doe je oortjes in tijdens het kijken en luisteren!

- Maak vervolgens de volgende opdracht:

Slide 19 - Slide

Werkwoordelijk gezegde
- Bekijk hier het filmpje over het werkwoordelijk gezegde (WWG). Doe je oortjes in tijdens het kijken en luisteren!

- Maak vervolgens de volgende opdracht:

Slide 20 - Slide

Onderwerp
- Bekijk hier het instructiefilmpje over het onderwerp (OND). Doe je oortjes in tijdens het kijken en luisteren!

- Maak vervolgens (één van) de volgende opdrachten:

Slide 21 - Slide

Lijdend voorwerp
- Bekijk hier het filmpje over het lijdend voorwerp (LV). Doe je oortjes in tijdens het kijken en luisteren!

- Maak vervolgens (één van) de volgende opdrachten:

Slide 22 - Slide

Meewerkend voorwerp
- Bekijk hier het instructiefilmpje over het meewerkend voorwerp. Doe je oortjes in tijdens het kijken en luisteren!

- Maak vervolgens (één van) de volgende opdrachten:

Slide 23 - Slide

Bijwoordelijke bepaling
- Bekijk hier het instructiefilmpje over de bijwoordelijke bepaling (BWB). Doe je oortjes in tijdens het kijken en luisteren!

- Maak vervolgens (één van) de volgende opdrachten:

Slide 24 - Slide

Extra oefeningen
1.  Bestudeer nogmaals de theorie op blz. 20.

2. Maak daarna een (of meer) van de onderstaande online 
     oefeningen over de bvb en bwb:
      - Oefening 1       - Oefening 2        - Oefening 3

3. Af?  Ga verder met één van de plusopdrachten (paars).


Slide 25 - Slide

Plusopdrachten
-  Maak extra verdiepingsopdrachten over de bijvoeglijke en 
    bijwoordelijke bepalingen.

 - Maak de oefentoets over de bvb én de bwb om te zien 
   of je de theorie écht goed begrepen hebt! 

Slide 26 - Slide