Renaissance: herhaling, sonnet + Brederode

De 16e en 17e eeuw
Literatuur: geschiedenis en theorie
 Bredero
1 / 13
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

This lesson contains 13 slides, with interactive quiz and text slides.

Items in this lesson

De 16e en 17e eeuw
Literatuur: geschiedenis en theorie
 Bredero

Slide 1 - Slide

Voor we starten
eerst een paar vragen over gisteren.

Slide 2 - Slide

middeleeuwen
renaissance
memento mori
carpe diem
theocentrisch
antropocentrisch
estheticisme
inhoud/
boodschap
individualisme
collectivisme (groep)
ridderlijk
burgerlijk

Slide 3 - Drag question

Classicisme in de literatuur
Drie stadia:
  • Translatio: oefening baart kunst
  • Imitatio: het navolgen van klassieke genres 
  • Aemulatio: het overtreffen van klassieke genres




Slide 4 - Slide

De Nederlandse taal
  • Renaissanceliteratuur geconcentreerd rond Amsterdam en Den Haag;
  • Hollands dialect groeit uit tot 'standaardtaal';
  • rond 1700 ontstaat een soort Algemeen Nederlands;
  • vormt de basis van het huidige Nederlands;
  • grote invloed van de Statenbijbel (1637) op het Nederlands.


Slide 5 - Slide

'Populaire' literaire genres:
Toneel: tragedie, komedie/blijspel en klucht.
Lyriek: ode, epigram/puntdicht, aforisme, sonnet en emblemata.
Proza: reisjournalen en pamfletten

Slide 6 - Slide

Vier grote schrijvers
Bredero (kluchten, liederen)
P.C. Hooft (sonnetten, emblemen)
Constantijn Huygens (toneel, epigrammen)
J. van den Vondel (tragedie, toneel) 


Slide 7 - Slide

Gerbrand Adriaensz. Bredero
(1585-1618)

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Blijspel en klucht
Volkse personages
Onverbloemd taalgebruik
Bedrog en overspel, persoonsverwisselingen
Blijspel is in bedrijven verdeeld en langer dan de klucht
Klucht wat platvloerser dan een blijspel
  • Klucht van de koe 
  • De Spaanschen Brabander 

Slide 11 - Slide

Dit was het voor deze les
't Kan verkeeren.

Slide 12 - Slide


Klucht van de Molenaer


Slide 13 - Slide