HV1 - H9 Les 2: Negatieve getallen (2)

1 / 27
next
Slide 1: Slide
WiskundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

This lesson contains 27 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 40 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Na deze les:
  • Kun je positieve en negatieve getallen vermenigvuldigen en delen.
  • Kun je machten met een negatief grondtal berekenen.
  • Kun je de rekenvolgorde toepassen bij positieve en negatieve getallen.

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Bereken:
- 6 x 3 =
A
18
B
-18

Slide 4 - Quiz

Bereken:
- 8 x - 5 =
A
40
B
-40

Slide 5 - Quiz

Slide 6 - Slide

Bereken:
24 : - 3 =
A
-8
B
8

Slide 7 - Quiz

Bereken:
-24 : - 6 =
A
-4
B
4

Slide 8 - Quiz

Slide 9 - Slide

Wat staat op de plaats van de a ?

a2=25
A
-5
B
(-5)

Slide 10 - Quiz

Bereken:

(4)2=
A
-16
B
-8
C
8
D
16

Slide 11 - Quiz

Bereken:

122=
A
-144
B
-24
C
24
D
144

Slide 12 - Quiz

Bereken:

(6)2=
A
-36
B
-12
C
12
D
36

Slide 13 - Quiz

Slide 14 - Slide

Is je antwoord positief of negatief?

(8)5=
A
negatief
B
positief

Slide 15 - Quiz

Is je antwoord positief of negatief?

74=
A
negatief
B
positief

Slide 16 - Quiz

Slide 17 - Slide


De juiste rekenvolgorde is:
A
1. Haakjes, 2. Machten, 3. + en - , 4. x en :
B
1. Haakjes, 2. Machten, 3. + en - , 4. x en :
C
1. Haakjes, 2. Machten, 3. x en : , 4. + en -
D
1. Haakjes, 2. x en :, 3. Machten, 4. + en -

Slide 18 - Quiz

Bereken:
- 2 - 3 x (4 - 5) - 6 =
A
-1
B
-5
C
1
D
5

Slide 19 - Quiz

Bereken:
3 + 12 x - 5 : - 3 =
A
25
B
19
C
23
D
-61

Slide 20 - Quiz

Bereken:
4 - (3 x -2) - 6 : (3 - 1) =
A
-5
B
7
C
0
D
4

Slide 21 - Quiz

Bereken

(5)24(104)=
A
-140
B
-60
C
60
D
140

Slide 22 - Quiz

Bereken:

5(7)2=
A
-54
B
-44
C
44
D
kan niet

Slide 23 - Quiz

Bereken:

(18)2+(45:5)=
A
-90
B
7,2
C
54
D
72

Slide 24 - Quiz

Ik kan positieve en negatieve getallen vermenigvuldigen en delen.

A
Ja
B
Ja, maar ik moet nog wel oefenen.
C
Nee, ik heb nog wat hulp nodig.
D
Nee, ik snap er eigenlijk nog niets van.

Slide 25 - Quiz

Ik kan machten met een negatief grondtal berekenen.

A
Ja
B
Ja, maar ik moet nog wel oefenen.
C
Nee, ik heb nog wat hulp nodig.
D
Nee, ik snap er eigenlijk nog niets van.

Slide 26 - Quiz

Ik kan de rekenvolgorde toepassen bij positieve en negatieve getallen.

A
Ja, ik kan het.
B
Ja, maar ik moet nog wel oefenen.
C
Nee, ik heb nog extra uitleg nodig.
D
Nee, ik snap er eigenlijk nog niets van.

Slide 27 - Quiz