Vergaderen

Vergaderen H3
1 / 45
next
Slide 1: Slide
NederlandsMBOStudiejaar 1

This lesson contains 45 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Vergaderen H3

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Waar denk jij aan
bij het woord
'vergaderen'?

Slide 2 - Mind map

This item has no instructions

Heb jij ervaring met een overleg of vergadering? Welke?

Slide 3 - Open question

This item has no instructions

Heb je een doel? Dan kun je scoren!

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Vergaderdoelen

Slide 5 - Mind map

This item has no instructions

Vergaderdoelen
  • informatieoverdracht
  • mening vormen/ standpunt innemen
  • besluitvorming
  • probleem oplossen
  • motiveren


Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Opdracht
Kies het juiste vergaderdoel bij de volgende vergaderonderwerpen.

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Bespreken welke werkzaamheden prioriteit hebben en voor wanneer deze moeten worden opgepakt.
A
Informeren
B
motiveren
C
besluitvorming
D
probleemoplossing

Slide 8 - Quiz

This item has no instructions

Aangeven welke mogelijkheden er zijn voor de catering tijdens de ouderavond.
A
informeren
B
motiveren
C
besluitvorming
D
probleemoplossing

Slide 9 - Quiz

This item has no instructions

Het is heel druk en teamleden hebben hierdoor minder plezier in hun werk.
De teamleider heeft een vergadering georganiseerd.
A
informeren
B
motiveren
C
besluitvorming
D
probleemoplossing

Slide 10 - Quiz

This item has no instructions

Er is een collega die langdurig ziek is en nu is er niemand die de telefoon op kan nemen op maandagen. De teamleider heeft een vergadering georganiseerd.
A
informeren
B
motiveren
C
besluitvorming
D
probleemoplossing

Slide 11 - Quiz

This item has no instructions

Een overleg heeft niet altijd maar één doel. Vaak is er sprake van een combinatie van doelen. Als je een besluit neemt, zul je elkaar bijvoorbeeld eerst moeten informeren.

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Formeel of informeel overleg?
  • is  van tevoren afgesproken
  • vindt spontaan plaats
  • voorbereidingen zijn getroffen
  • de structuur van het overleg is voor iedereen duidelijk
  • niet iedereen die moet weten wat er besproken wordt, is aanwezig.

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Het organiseren van een overleg

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Welke zaken moeten helder zijn voordat je een overleg goed kunt voorbereiden?

Slide 15 - Slide

de onderwerpen
de doelen
de plaats
het tijdstip
de deelnemers
voorbereiding
overleg

Slide 16 - Mind map

This item has no instructions

Rollen tijdens een vergadering

Slide 17 - Slide

This item has no instructions


Wat doet de voorzitter tijdens een vergadering?
A
Die heeft het vaakst het woord
B
Die zorgt dat iedereen aan het woord komt
C
Die houdt de tijd in de gaten
D
Die luistert naar de groep en vat samen

Slide 18 - Quiz

This item has no instructions

Voorzitter

- behandelt de onderwerpen volgens de agenda
-Zorgt dat iedereen aan het woord komt
- Zorgt ervoor dat men elkaar laat uitspreken
- Zorgt ervoor dat er niet te ver van het onderwerp afgeweken wordt
- Vat de belangrijkste dingen samen

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Tijdsbewaker
Houdt de tijd tijdens de vergadering in de gaten. Wordt er te lang over één onderwerp gesproken, dan grijpt de tijdsbewaker in.

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

Notulist
  • Maakt aantekeningen
  • Werkt deze aantekeningen uit in een verslag
  • Vraagt na als dingen niet volledig duidelijk zijn
  • Ondersteunt eventueel de voorzitter bij het bewaken van de discussie

Slide 21 - Slide

This item has no instructions

Deelnemers
Nemen actief deel
Geven kort hun inbreng (informatie, mening)
Ondersteunen de andere groepsleden bij hun taken.

Slide 22 - Slide

This item has no instructions

0

Slide 23 - Video

This item has no instructions

Opstellingen
U-vorm, carré, theater, boardroom, en kring


Slide 24 - Slide

Laat de verschillende opstellingen zien en vertel kort wat ze inhouden.
U-vorm
Deelnemers zitten in een U-vorm opgesteld.


Slide 25 - Slide

Laat een afbeelding van de opstelling zien en bespreek de voor- en nadelen.
Carré
Deelnemers zitten in een vierkant opgesteld.


Slide 26 - Slide

Laat een afbeelding van de opstelling zien en bespreek de voor- en nadelen.
Theater
Deelnemers zitten in rijen opgesteld.


Slide 27 - Slide

Laat een afbeelding van de opstelling zien en bespreek de voor- en nadelen.
Boardroom
Deelnemers zitten aan een grote tafel opgesteld.


Slide 28 - Slide

Laat een afbeelding van de opstelling zien en bespreek de voor- en nadelen.
Kring
Deelnemers zitten in een kring opgesteld.


Slide 29 - Slide

Laat een afbeelding van de opstelling zien en bespreek de voor- en nadelen.
Opgeruimde ruimte
- Schoonmaken tafels
- Prullenbak leegmaken 

Slide 30 - Slide

This item has no instructions

Wat heeft iedereen nodig?
- Handout presentatie
- glas water
- koffie/thee
- pennen

Slide 31 - Slide

This item has no instructions

Wat heeft de voorzitter nodig?
Je moet ook voorbereiden wat de voorzitter nodig heeft
- Beamer
- TV
- Glas water + kan water
- Aparte tafel + stoel

Slide 32 - Slide

This item has no instructions

Slide 33 - Slide

This item has no instructions

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

Slide 34 - Open question

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.
Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

Slide 35 - Open question

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.
Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

Slide 36 - Open question

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.
Wat is volgens jou belangrijk om een vergadering te laten slagen?

Slide 37 - Open question

This item has no instructions

Belangrijke aspecten van een vergadering
1. Van te voren een agenda rondsturen
2. Tijdmanagement moet op orde zijn
3. Ieders inbreng is gewenst!
4. Voorzitter/groepsleider leidt de vergadering
5. Schrijver maakt notulen
6. Actielijst bijhouden
7. ACTIE! 

Slide 38 - Slide

This item has no instructions

Vergaderopstellingen: Welke past het beste bij jouw team?

Slide 39 - Slide

This item has no instructions

Leerdoel
Aan het einde van de les kun je verschillende vergaderopstellingen benoemen.

Slide 40 - Slide

Introduceer het leerdoel en leg uit waarom het belangrijk is om verschillende vergaderopstellingen te kennen.
Wat weet je al over vergaderopstellingen?

Slide 41 - Mind map

This item has no instructions

Opdracht 
Je werkt bij een hotel als receptionist en je wilt een vergadering organiseren met het hele team van receptionisten en barmedewerkers. 

Bedenk zelf wat het doel is van de vergadering. Waarom wil je het hele team bij elkaar hebben?


Slide 42 - Slide

This item has no instructions

Stappenplan 
1. Bepaal het doel van de vergadering.
2. Bepaal wie er aanwezig moeten zijn.
3. Maak agendapunten.
4. Kies een vergaderlocatie.
5. Bepaal de start- en eindtijd.
6. Stuur de uitnodiging en de agendapunten door.
s.wolvenne@roc-nijmegen.nl


Slide 43 - Slide

This item has no instructions

Opdracht werkblad
Jullie maken nu zelf een uitnodiging voor het werkoverleg.​
De opmaak mag je zelf bedenken, maar sommige informatie moet erin:​
- de namen van de deelnemers​
- de datum​, plaats en tijd
de agenda ​
- het logo van het bedrijf (zoek zelf een bijpassend logo)


Slide 44 - Slide

This item has no instructions

Slide 45 - Slide

This item has no instructions