Les 19 Werkoverleg

1 / 28
next
Slide 1: Slide
NederlandsMBOStudiejaar 1

This lesson contains 28 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Lesdoel
  • Vandaag slaan we de oefeningen voor woordenschat over 😎
  • Aan het einde van de les;
    - Je kunt actief deelnemen aan een werkoverleg.

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Slide 6 - Link

This item has no instructions

Wie leidt het gesprek?
A
Robin
B
Lieneke
C
Mandy
D
Sam

Slide 7 - Quiz

This item has no instructions

Is er een agenda bij dit werkoverleg?
A
Ja, die wordt aan het begin van de vergadering voorgelezen.
B
Min of meer, de voorzitter noemt wat hij wil bespreken en waarom.
C
Nee, de voorzitter valt gelijk met de deur in huis.

Slide 8 - Quiz

This item has no instructions

Wat voor werkoverleg is dit waarschijnlijk?
A
een dagelijks werkoverleg.
B
een wekelijks werkoverleg.
C
een maandelijks werkoverleg.

Slide 9 - Quiz

This item has no instructions

Wat is het doel van het overleg?
A
Problemen op het werk oplossen.
B
Werk verdelen en plannen.
C
Besluiten nemen over werkomstandigheden.

Slide 10 - Quiz

This item has no instructions

Waarover zijn afspraken gemaakt?
Mandy werkt de uitzendkrachten in
Lieneke werkt dinsdag op de afdeling reparatie.

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Hoe wordt het werkoverleg afgesloten?
A
Met het verdelen van taken.
B
Met een rondvraag.
C
Met het maken van een besluitenlijst.

Slide 12 - Quiz

This item has no instructions

Opbouw van een werkoverleg

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Slide 14 - Video

This item has no instructions

Werkoverleg
  • Werkzaamheden bespreken of afstemmen
  • Regelmaat
  • Mensen die samenwerken
  • Voorzitter
  • Besluitenlijst of notulen
  • Agenda

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Agenda
  • Opening
  • Verslag of actiebesluitenlijst vorig werkoverleg
  • Mededelingen en ingekomen/uitgaande stukken
  • Inhoudelijke agendapunten:
        a. ………
        b. ………
        c. ………
  • Wat verder ter tafel komt (w.v.t.t.k.);
  • Rondvraag

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Rollen
Voorzitter
Tijdsbewaker
Notulist
Deelnemers

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Voorzitter

  1. Behandelt de onderwerpen volgens de agenda.
  2. Zorgt ervoor dat iedereen aan het woord komt.
  3. Zorgt ervoor dat men elkaar laat uitspreken.
  4. Zorgt ervoor dat er niet te ver van het onderwerp afgeweken wordt.
  5. Vat de belangrijkste punten samen.

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Tijdsbewaker


  • Houdt de tijd tijdens de vergadering in de gaten.
  • Wordt er te lang over één onderwerp gesproken, dan grijpt de tijdsbewaker in.

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Notulist
  • Maakt aantekeningen.
  • Werkt de aantekeningen uit in een verslag.
  • Vraagt verduidelijking als iets niet volledig duidelijk is.
  • Ondersteunt de voorzitter eventueel bij het bewaken van de discussie.

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

Deelnemers
  • Nemen actief deel.
  • Geven kort hun inbreng (informatie, mening).
  • Ondersteunen de andere groepsleden bij hun taken.

Slide 21 - Slide

This item has no instructions

Welke vergaderdoelen ken je?

Slide 22 - Open question

This item has no instructions

Vergaderdoelen

  • Informatieoverdracht: Kennis of updates delen.
  • Meningsvorming: Standpunten uitwisselen voor inzicht.
  • Besluitvorming: Samen keuzes maken.
  • Problemen oplossen: Oplossingen bedenken en kiezen.
  • Taakverdeling: Verantwoordelijkheden toewijzen.
  • Motiveren: Deelnemers inspireren en enthousiasmeren.


Slide 23 - Slide

This item has no instructions

Besluitvorming
  • Doel: besluit nemen.
  • Zijn er alternatieven?
  • Hoe gaan we stemmen?
  • Welk percentage is nodig voor goedkeuring?
  • Hoe stemmen we?

Slide 24 - Slide

This item has no instructions

Inrichten van ruimtes

Slide 25 - Slide

This item has no instructions

Ruimte ingericht in carré vorm: wat is het voordeel?

Slide 26 - Slide

This item has no instructions

Wat zijn de voor- en nadelen van de diverse opstellingen? 

Slide 27 - Slide

U-vorm
Voordelen: Goed voor interactie en visueel contact.
Nadelen: Minder geschikt voor grote groepen.

Theateropstelling
Voordelen: Perfect voor presentaties, ruimtebesparend.
Nadelen: Beperkte interactie, geen schrijfgelegenheid.

Cabaretopstelling
Voordelen: Informeel, goed voor brainstormsessies.
Nadelen: Ruimte-inefficiënt.

Schoolopstelling
Voordelen: Praktisch voor notities en zichtbaarheid.
Nadelen: Weinig interactie.

Carré
Voordelen: Geschikt voor discussie en besluitvorming.
Nadelen: Niet ideaal voor presentaties.
Aan de slag!
  • Bestudeer de theorie en maak alle opdrachten onder Gesprekken 2.4 Werkoverleg

Slide 28 - Slide

This item has no instructions