Verbeter de volgende tekst
Karlijn leezt een mail van haar broer. Volgende week verhuizt hij naar Amsterdam. Hij werkd sinds kort bij een nieuw bedrijf. Ze vind het erg jammer want ze spreken vaak af. Daarom schrijf ze hem een kaartje. Het kaartje stuur ze met de post. Karlijn moeten het kaartje wel op tijd in de brievenbus doen, dus daarom ga ze snel naar het postkantoor. 'Heef u haast?', vragen de man achter de balie. Dat is maar goed ook, want we gaa zo dicht.