W5_L1_P4_2GTA

W7-L1_P3_1KC
  Welkom 2GTA
1 / 7
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

This lesson contains 7 slides, with text slides.

Items in this lesson

W7-L1_P3_1KC
  Welkom 2GTA

Slide 1 - Slide

Planning
  • Grammatica zinsdelen theorie herhalen
  • Huiswerk bespreken
  • Huiswerk maken / leren proefwerk begrijpend lezen

Slide 2 - Slide

rollen van een werkwoord
ontploft
vergeet
leert
iets
iets
aan
vraagt
loopt
iemand
iemand
iemand
iemand
iemand
iets
iemand
iets
iemand
aan
iemand
eet
iemand
iets

Slide 3 - Slide

rollen van een werkwoord
ontploft
vergeet
geeft
de bom
vijf euro
aan
vraagt
loopt
Cleopatra
kabouter Plop
de hond
een broodje bal
aan
Taylor Swift
eet
een pizza
Buddha
een zak Dorito's
de koning
Sinterklaas
onderwerp
persoonsvorm
lijdend voorwerp
meewerkend voorwerp

Slide 4 - Slide

Iemand en iets zinnen: ZOEK HET BELANGRIJKSTE WERKWOORD! Dit is niet altijd hetzelfde als de persoonsvorm!

Kevin heeft zijn verjaardag gevierd.           VIEREN

 
               iemand        viert         iets

               Kevin                                 zijn verjaardag
               rol 1                                    rol 2
               onderwerp                       lijdend voorwerp



.

Slide 5 - Slide

Schrijf het belangrijkste werkwoord, de iemand/iets-zin, het onderwerp, het lijdend voorwerp, het meewerkend voorwerp en de persoonsvorm op:

  1. Kevin heeft zijn verjaardag gevierd.
  2. Max verkocht zijn fiets aan de buurman.
  3. Wil ik liever een taart of chips eten op mijn feestje?
  4. Jij moet die fakkel doorgeven aan de volgende renner.
  5. Om 8.00 uur is de politie bij de buren op visite geweest.
  6. De zanger schreef een brief aan zijn fans.
  7. Mijn stuur brak ineens van mijn fiets af.

Slide 6 - Slide

Huiswerk voor donderdag 23 mei:
Gebruik alle zinnen van opdracht 2, 3 en 4 van Cursus 5, paragraaf 6 (blz. 209). Dit zijn 14 zinnen in totaal.
Schrijf van elke zin op:
  • bel. ww (belangrijkste werkwoord)
  • Iemand/iets-zin
  • ow (onderwerp)
  • pv (persoonsvorm)
  • ww gez. (werkwoordelijk gezegde)
  • lv (lijdend voorwerp)
  • mv (meewerkend voorwerp)

Slide 7 - Slide