Je luistert de vergadering en noteert de belangrijke dingen.
Je werkt achteraf de notulen verder uit.
Je controleert per agendapunt of je alles genoteerd hebt.
Je slaat het bestand op.
Je opent het bestand, geeft het de naam klad.
Je zoekt de actiepunten op.
Je noteert de actiepunten in de actielijst.