P2 week 4 les 6 en 7 Hst 2 Talent

T H 2 M
19 november
Welkom!

1 / 30
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

This lesson contains 30 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

T H 2 M
19 november
Welkom!

Slide 1 - Slide

Docent

Slide 2 - Slide

Startopdracht
  1.  Noteer de vier tekstdoelen 
  2. Welk tekstdoel heeft onderstaande tekst?
"U bent van harte uitgenodigd op de voorstelling van de onderbouwmusical. Koop nu kaartjes via de app."
3. Welk soort signaalwoorden lees je in deze zin? "Eerst gaan we een cake bakken, daarna snijden we die aan en tot slot eten we hem op." 

Slide 3 - Slide

Startopdracht
  1.  Noteer de vier tekstdoelen: amuseren, activeren, informeren, overtuigen
  2. activeren
3. Welk soort signaalwoorden lees je in deze zin? "Eerst gaan we een cake bakken, daarna snijden we die aan en tot slot eten we hem op."  
=> chronologisch tekstverband

Slide 4 - Slide

Leerdoel deze week

  • Je schrijft je fabel af
  • Je leest in je leesboek
  • Je kent de kernmerken van een informatieve tekst, de functies van inleiding en slot en het samenvattend tekstverband. Deze kennis pas je toe in teksten over onderwijs. 




     

    Slide 5 - Slide

    Huiswerk

    • Opdrachten 5, 6 en 7 uit Talent maken, par. 1.3
    • Leer blauwe theorieblokken van par. 1.3

    • Meenemen: boek van Talent en schrift en computer 

    Slide 6 - Slide

    Zelfstandig werken
    1. Fabel afschrijven in Test-Correct. 250 woorden;  kenmerken van fabel verwerken. Inleveren.
    2. Klaar? Opdrachten leesvaardigheid nakijken, zie print
    3. Lezen in je leesboek
    Zelfstandig werken
    1. Lees je fabel na en zo nodig verbeter je op papier.
    2. Opdr. leesvaardigheid nakijken, zie print
    3. opdr. 10, 12, 13, 14 maken (par.1.3)
    4. Lezen in je leesboek



    Slide 7 - Slide

    T H 2 M
    20 november
    Welkom!

    Slide 8 - Slide

    Docent

    Slide 9 - Slide

    Startopdracht
    1.  Welk tekstdoel heeft een tekst uit een schoolboek?
    2. Noteer het tekstverband uit de volgende zin: "Ik vind het koud, maar ik trek geen jas aan."
    3. Schrijf een goed geformuleerde zin op met twee verschillende signaalwoorden voor opsommend verband.

    Slide 10 - Slide

    Startopdracht
    1.  Welk tekstdoel heeft een tekst uit een schoolboek? INFORMEREN
    2. TEGENSTELLEND tekstverband  "Ik vind het koud, maar ik trek geen jas aan."
    3. "Voor een cake heb je eieren EN boter EN suiker EN OOK melk nodig."

    Slide 11 - Slide

    Leerdoel deze week

    • Je schrijft je fabel af
    • Je leest in je leesboek
    • Je kent de kernmerken van een informatieve tekst, de functies van inleiding en slot en het samenvattend tekstverband. Deze kennis pas je toe in teksten over onderwijs. 




       

      Slide 12 - Slide

      Huiswerk

      • Opdrachten 10, 12, 13, 14 (geen 12.b) uit Talent maken, par. 1.3


      • Meenemen: boek van Talent, schrift, reader en computer 

      Slide 13 - Slide

      Leesvaardigheid 
      uitleg


      Talent Hst 2

      Slide 14 - Slide

      Informatieve tekst
      • tekstdoel is informeren, dus het gaat niet om de mening van de schrijver
      • er kunnen wel meningen van deskundigen in voorkomen 
      • bevat vooral feitelijke informatie: 
      bv. gebeurtenissen die echt hebben plaatsgevonden;
      bv. dingen die in werkelijkheid bestaan; 
      bv. kennis vanuit onderzoek;
      bv. instructies die je kunt uitvoeren.

      Slide 15 - Slide

      Informatieve tekstsoorten 

      • nieuwsbericht

      • tekst uit een schoolboek
      • handleiding
      • wetenschappelijk artikel

      Slide 16 - Slide

      De inleiding heeft een doel of functie
      • Aandacht trekken van de lezer (zodat deze verder gaat lezen), of
      • onderwerp noemen of beschrijven, of

      • centrale vraag stellen, of
      • mening geven van de schrijver (bij overtuigend tekstdoel), of
      • samenvatting geven (b.v. bij nieuwsbericht)

      Slide 17 - Slide

      Slide 18 - Slide

      Ook een slot heeft een functie:
      • een conclusie geven 
      • let op signaalwoorden: 'dus', 'daarom', 'dan ook': deze geven een concluderend tekstverband weer

      • een samenvatting geven van het belangrijkste uit de tekst 
      • let op signaalwoorden voor samenvattend tekstverband: 'kortom', 'samenvattend'
      • een advies geven, herkenbaar aan zinnetjes als 'Het is beter..' of 'Het is raadzaam om ..'
      • een toekomstverwachting uitspreken

      Slide 19 - Slide

      Signaalwoorden van samenvattend tekstverband: 
      1. Kortom, het is duidelijk dat...
      2. Samenvattend kunnen we stellen dat,..

      3. Al met al is het duidelijk dat....
      4. Om kort te gaan: ....

      Dit zijn dus signaalwoorden voor een samenvattend tekstverband: hierbij zet de schrijver eerder genoemde informatie nog eens op een rijtje.

      Slide 20 - Slide

      Reader leesvaardigheid
      • Onderwijs => basisschool => Citotoets. Hoe vond jij die tijd van de Citotoets?
      • Actief lezen: belangrijkste informatie per alinea markeren van tekst 1.
      • Onbekende of moeilijke woorden: noteer deze op pag. 3
      • Inleiding: bepaal de functie (aandacht trekken / onderwerp noemen / aanleiding / centrale vraag / mening / samenvatting)

      Slide 21 - Slide

      Noteer in je Plenda op 26-11
      • Reader leesvaardigheid: tekst 1 lezen, opdracht 2 t/m 5 maken en betekenis van moeilijke woorden opzoeken en noteren.
      • Je zoekt woorden op in een woordenboek, www.vandale.nl of www.woorden.org.
      • Talent: Hst 2.3: tekst 1 lezen en opdr. 5 t/m 8 maken
      • Leesboek mee

      Slide 22 - Slide

      Wat heb je deze week bereikt?

      • Je schrijft je fabel af
      • Je leest in je leesboek
      • Je kent de kernmerken van een informatieve tekst, de functies van inleiding en slot en het samenvattend tekstverband. Deze kennis pas je toe in teksten over onderwijs. 




         

        Slide 23 - Slide

        T H 2 M
        13 november
        Welkom!

        Slide 24 - Slide

        Docent

        Slide 25 - Slide

        Uitleg leesvaardigheid 
        Herhaling klas 1

        Slide 26 - Slide

         Theorie leesvaardigheid klas 1
        • Het onderwerp van een tekst bepalen
        • Leesstrategieën: Globaal/verkennend, nauwkeurig, zoekend en studerend lezen 
        • Deelonderwerp van een alinea bepalen
        • Hoofdgedachte van een tekst bepalen
        • Inleiding en het slot van een tekst herkennen.
        • Tekstverbanden herkennen aan signaalwoorden
        • Tekstdoelen in een tekst herkennen
        • Informatie uit illustraties en tabellen duiden

        Slide 27 - Slide

        Lees aandachtig pag. 231-232 van Talent 

        klaar? Lees de blauwe theorieblokken
         vanaf pag. 21 (H1.3, Lezen) 

        timer
        3:00

        Slide 28 - Slide

        Schrijf op in je schrift:
        1. Drie signaalwoorden voor opsommend verband zijn:
        2. Twee signaalwoorden voor tegenstellend verband zijn:
        3. Een zin met een redengevend verband;
        4. Een zin met een signaalwoord voor een conclusie;

        5. Een advertentie heeft als tekstdoel:....  (informeren activeren-overtuigen-amuseren)
        6. Een tekst over de geschiedenis van de democratie heeft als tekstdoel:.... (informeren activeren-overtuigen-amuseren)

        Slide 29 - Slide

        Zelfstandig werken (in Plenda, 19-11)

        • Opdrachten 5, 6 en 7 uit Talent maken, par. 1.3
        • Leer blauwe theorieblokken van par. 1.3

        • Meenemen: boek van Talent en schrift en computer 
        • Volgende les ontvang je je reader van Leesvaardigheid

        Slide 30 - Slide