A5sp8 - Periode 2, Les 3 (PA4 H4) - GSE (25-11-2024)

• Spaans
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 4

Bienvenidos

Metas = objetivos = doelen

Vamos a aprender como leer y escribir noticias y 

aprendemos sobre la cultura española. 

periódicos en internet

INFO: Período 2 

1 clase por semana

Aca: los martes, 5a hora

Material: libro de referencia + PA4 libro 2 + material extra (textos CITO)

Studiewijzer komt op Teams

Houd het huiswerk (ook het leerwerk) goed bij en herhaal regelmatig.

Info: Exámenes período 2

Tussentoets: Luistervaardigheid

Toetsweek: Mondeling

PORTFOLIO: 

• Dossier lees- en luistervaardigheid incl. reflectie, deels vóór de luistertoets, deels uiterlijk 17 december 2024
• Opdracht 'El periódico' (=de krant, groepsopdracht), inleveren in week 2 van periode 3

El programa 

Info

TOETS ter inzage

ESCUCHAR: Bardem + Casillas, ej. 20-22

DEBERES comprobar

VOCAB C

GRAM: Pluscuamperfecto , ej 27, 28abc

LECTURA CSE

Evaluación

INFO mondelinge toets (toetsweek)

In tweetallen, 15 minuten per tweetal

Inhoud: 

• Ieder houdt een presentatie over zichzelf: autobiografie. Vertel over je kindertijd, hobby's, toekomstplannen (2-3 minuten per persoon)
• Je neemt samen 1 foto mee over een onderwerp naar keuze en vertelt wat er op de foto te zien is en geeft je mening over het onderwerp (2-3 minuten in totaal)
• de docent stelt vragen over jullie presentaties en de foto, en je moet de vragen in het Spaans beantwoorden (4-5 minuten in totaal)

Je hebt geen aantekeningen bij de hand maar mag wel steekwoorden plaatsen op je powerpoint. Je maakt tijdens het mondeling een video-opname. Je levert je powerpoint en video-opname in op Teams.

 Objetivo/subjetivo: Tres españoles, cuatro opiniones 

Cap. 4, sección C 

- objetivo/subjetivo ej. 20 (p.74)

- escuchar 'se rumorea que...', ej. 21 -> oortjes mee?

- vocab. ej. 22

H4 oef 21ab

H4 oef 21c

H4 oef 21d

Íker Casillas, 

Real Madrid hasta 2020

Volg deze lessonup

Trabajar en grupos. 

Volg de lessonup van boven naar beneden.

Begin met het nakijken van de oefeningen uit Paso adelante (zie volgende pagina).

Los deberes fueron:

Aprender: 

- Vocab C + Gram. B p.64-65 (pasados)  

Hacer: 

-oef. 5-9, 11ab, 14 

-CSE thema sport (tekst kiezen om thuis te maken) : 1) vrouwen in mannensport formule 1/ motorsport, HAVO 2015-2 tekst 3 (sport)  OF  2) schaken op school, HAVO 2016-1 tekst 3 (sport)  

Kijk de gemaakte oefeningen uit Paso adelante na met het antwoordblad op teams. 

Fouten gemaakt? Overleg met elkaar totdat je weet wat je kunt verbeteren. Vraag zonodig hulp aan de docent.

Klaar? Ga naar de volgende slide.

Vocabulario C

ESTUDIAR:

Estudia 3 minutos

Cap. 4, Vocabulario C (libro 2 p.100-101)

GRAMÁTICO: Pluscuamperfecto 

Toen ik de tv aandeed, was het programma al begonnen.

        Cuando encendí (indef.) la tele, ya había comenzado (plusc.) el programa.

Toen ik naar buiten ging, had het geregend. 

        Cuando fui (indef.) afuera, había llovido (plusc.).

-> Het gaat om een gebeurtenis die voorafging aan een andere. 

Meestal vertaal je de pluscuamperfecto met 'had/hadden + voltooid deelwoord'. 

1. ESTUDIAR: H4, gramática  C, p.79

2. PRACTICAR: ej. 27 + 28ab

CSE Leesdossier

1. Kijk je gemaakte CITO-teksten na (zie examenblad.nl). 

-> Fouten gemaakt? bestudeer de tekst opnieuw. Vraag zonodig uitleg.

2. Klaar met nakijken? 

Selecciona un texto para tu 'leesdossier' (teksten staan op Teams bij 'lesmateriaal'):  

Apps, technologie, HAVO 2016-1 tekst 1 (media) OF 

Vrouwen op het web HAVO 2015-2 tekst 6 (media)    

Tijd over?

HACER: lees/schrijfoefeningen Paso adelante Hoofdstuk 4, ej. 24 t/m 26

Reflexión

¿Qué expresion(es) son objetivas?

1. Ayer Ajax ganó
2. En mi opinión no habían merecido la victoria
3. Fue un partido fenomenal
4. Creo que es el mejor equipo del mundo

Wat wordt bedoeld met 'pluscuamperfecto',
en hoe vervoeg je die?

Wat vond je van deze les? 

Wat vond je goed, en wat kan beter? 

Beantwoord de vragen op de volgende slides.

Wat vond je goed aan deze les?
Geef concrete voorbeelden.

Kijk terug op deze les:
Wat kan beter?
Denk aan lesinhoud, vorm, werksfeer etc.

Los deberes

Aprender: vocabulario D + lenguateca D (S-N) + Gram. C p.79

Hacer: 

• Paso adelante: afmaken 11de, 24, 25, 26, 28abc
• examenteksten zie leesdossier: apps, technologie, HAVO 2016-1 tekst 1 (media) OF 

Vrouwen op het web HAVO 2015-2 tekst 6 (media) . Teksten vind je op teams bij 'Lesmateriaal'.

Welk onderdeel of welke opdracht in de les vond je het meest leerzaam?
Leg uit.

Wat vond je van deze les? 

Wat vond je goed, en wat kan beter? 

Beantwoord de vragen op de volgende slides.

Wat vond je goed aan deze les?
Geef concrete voorbeelden.

Kijk terug op deze les:
Wat kan beter?
Denk aan lesinhoud, vorm, werksfeer etc.

Hoe ga je te werk bij een scanvraag?

1. orienteren op de tekst, vraag lezen, bepalen wat je moet zoek de plek in de tekst, lees dat deel grondig
2. orienteren op de tekst, globaal lezen, vraag lezen en beantwoorden
3. de tekst grondig lezen, daarna de vraag lezen, dan zoeken naar het juiste antwoord
4. de vraag lezen, in de tekst zoeken naar de plek waar het antwoord staat, vraag beantwoorden

TEKST 9: Tussenkoppen plaatsen

Werkwijze: 

• Orienteer je op de tekst.
• Lees de tussenkoppen en zoek zonodig de vertaling op.
• Ga naar de tekst en pas ELZA toe.
• Plaats de koppen die je al weet.
• Lees zonodig grondig.
• Plaats de overige koppen. 

HACER: Texto 9 vraag 34. 

Noteer ook welke woorden je hebben geholpen naar je antwoord.

                                                                                                ¿Terminado? -> maak tekst 8 + 11

De 'beweringen-vraag'

Bij dit vraagtype staan er enkele beweringen onder elkaar, meestal in het Nederlands.

Je moet aangeven of de bewering waar / niet waar is.

Voorbeeld: tekst 7, vraag 21.

Werkwijze: 

• Lees eerst de beweringen. 
• Ga daarna naar de tekst. Pas ELZA toe. 
• Lees zonodig grondig.
• Noteer per bewering  waar / niet waar.

Let op: een beweringen-vraag levert relatief weinig punten op.

De open vraag

Bij een open vraag moet je zelf je antwoord formuleren, meestal in het Nederlands. 

Beantwoord EXACT wat wordt gevraagd. GEEN onnodige toevoegingen!!!!

Voorbeeld: tekst 7, vraag 26.

Werkwijze: 

• Lees eerst de vraag.
• Ga daarna naar de tekst. Pas ELZA toe. 
• Lees zonodig grondig.
• Formuleer je antwoord: Herhaal de vraag in je antwoord. Wees to the point.
• Moet je citeren? Schrijf dan letterlijk over uit de tekst.

TEKST 12: De scanvraag

Werkwijze: 

• Orienteer je op de tekst.
• Lees de tussenkoppen en zoek zonodig de vertaling op.
• Ga naar de tekst en pas ELZA toe.
• Plaats de koppen die je al weet.
• Lees zonodig grondig.
• Plaats de overige koppen. 

HACER: Texto 12 pregunta 39-40. Noteer ook welke woorden je hebben geholpen naar je antwoord.

        ¿Terminado? -> maak tekst 8, 11

Gram B (p.64): verleden tijden achtergrond (imperf) vs. gebeurtenis (indef) 

Cap. 4:  ej.11abc(de) (oefenen met verleden tijden)

Conclusievraag: hoe ga je te werk

1. globaal lezen > de vraag lezen > daarna de vraag beantwoorden
2. de vraag lezen en begrijpen > tekst grondig lezen en betekenis vaststellen > vraag beantwoorden
3. de vraag lezen en begrijpen > daarna zoekend lezen > de vraag beantwoorden
4. grondig lezen > daarna de vraag lezen en beantwoorden