1 Muziek / kan / heel veel emotie / losmaken / bij mensen.
2 Ruud / gaat / vandaag / een keer / met de trein / naar zijn werk.
3 Veel mensen / vinden / scheef hangende lijsten / heel irritant.
4 Deze rode lange broek / vindt / Marianne / het mooist.
5 De klimaatverandering / komt / niet / door de stabiele zon.
6 De gymleraar / heeft / de basketballen / alvast / gepakt.