1. Stel jezelf voor in een brief die je aan mij schrijft.
Onderstaande vragen kun je beantwoorden in de brief.
- Naam, leeftijd
- Wat doe je in je vrije tijd?
- Met wie en waar woon je?
- Hoe was je basisschooltijd?
- Wat verwacht je van het vak Nederlands en van mij als docent?
- Hoe vind je het tot nu toe op school?
- Zijn er dingen waar je goed in bent of die je lastig vindt aan Nederlands?
Klaar? Doe de brief in de envelop en lever hem in. Daarna ga je lezen in je leesboek.