W38. Vaktaal en leenwoorden

AVO-les
  • Leesmoment
  • Uitleg vaktaal & leenwoorden
  • Opdracht leenwoorden


1 / 11
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 3

This lesson contains 11 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

AVO-les
  • Leesmoment
  • Uitleg vaktaal & leenwoorden
  • Opdracht leenwoorden


Slide 1 - Slide

Leesmoment
timer
10:00

Slide 2 - Slide

Vaktaal?
Wat is vaktaal?

Slide 3 - Slide

Vaktaal 
Elk beroep heeft woorden die speciaal bij dat vak horen. Zulke woorden noem je vaktaal. 


Vaktaal van de kapper: permanenten, touperen, krulsterkte.  
Vaktaal van een automonteur: brug, cilinder, carrosserie.  
Vaktaal van een arts: diagnose, fractuur, infectie.

Slide 4 - Slide

Leenwoorden
Nederlandse woorden die we van een andere taal hebben geleend.

Voorbeeld: penalty (Engels)
                        douche (Frans)

Slide 5 - Slide

Uit welke taal komt het leenwoord 'plastic'?
A
Frans
B
Duits
C
Spaans
D
Engels

Slide 6 - Quiz

Uit welke taal komt het leenwoord 'trottoir'?
A
Engels
B
Duits
C
Frans

Slide 7 - Quiz

Uit welke taal komt het leenwoord:' saté'?
A
Duits
B
Italiaans
C
Zweeds
D
Indonesisch

Slide 8 - Quiz

Welk woord is geen leenwoord uit het Duits?
A
schnitzel
B
sowieso
C
überhaupt
D
ambulance

Slide 9 - Quiz

Zelfstandig werken
Maken opdracht 1, 2, 3, 6, 7 en 8 op blz. 153 t/m 155. + nakijken opdrachten. 

Slide 10 - Slide

W38. Nederlands
- Afmaken opdrachten eerste les + maken Nieuwsbegrip w38. 
- Andere tekstsoort 7 vragen goed en woordenschat 20 vragen goed. 

Slide 11 - Slide