4.3 en 4.4 Ba/ka

• Economie
• Middelbare school
• vmbo b
• Leerjaar 3

4.3 en 4.4 Ba

5.3 en 5.4 Ka

Een ander woord voor baas is:

1. Werkbever
2. Werkgever
3. Werknemer
4. Werklever

Een ander woord voor arbeider is:

1. Werkbever
2. Werkgever
3. Werknemer
4. Werklever

Op welke markt zijn werknemers en werkgevers actief?

1. Woningmarkt
2. Aandelenmarkt
3. Weekmarkt
4. Arbeidsmarkt

Wanneer bedrijven arbeiders zoeken om te komen werken is:

1. De vraag naar arbeid
2. Het aanbod van arbeid

Arbeiders die willen werken zijn:

1. De vraag naar arbeid
2. Het aanbod van arbeid

Wat is de pensioenleeftijd?

1. 64
2. 65
3. 66
4. 67

Iedereen van 15 jaar tot de pensioenleeftijd vormen samen de:

1. Beroepsbevolking
2. Werkgelegenheid
3. Werklozen
4. Werknemers

Arbeidsplaatsen / werkplekken bij de overheid en bedrijven vormen samen de:

1. Werkbeweegbaarheid
2. Werkgedeegbaarheid
3. Werkgenegenheid
4. Werkgelegenheid

Aanbod van arbeid

Vraag naar arbeid

Werkgever

Werknemer

Werkgelegenheid

Beroepsbevolking

Een loodgieter

De rooi pannen

Jozef ruimt zijn kamer op, dit is:

1. Wit werk
2. Grijs werk
3. Zwart werk

Fatima werkt als lerares op een school, dit is:

1. Wit werk
2. Grijs werk
3. Zwart werk

Wat is geen voorwaarde voor het zijn van werkloos?

1. Leeftijd tussen de 15 en pensioenleeftijd
2. Al 2 jaar geen baan hebben
3. Geen baan hebben
4. Actief maar werk zoeken

Als je werkloos wordt dan ....... meestal je inkomen.

1. Daalt
2. Stijgt

Waar staan de letters WW voor in WW-uitkering?

1. WerkenWaar
2. WerkloosheidsWaarheid
3. WerkloosheidsWet
4. WerkWil

Bij welke instantie kan je een WW-uitkering aanvragen?

1. UVW
2. UWW
3. UVV
4. UWV

Iemand die zich inschrijft bij het UWV noem je een:

1. Geregistreerde werkloze
2. Verborgen werkloze
3. Anonomie werkloze
4. Opgegeven werkloze

Per jaar dat je gewerkt hebt, krijg je 1 ....... uitkering.

1. Dag
2. Week
3. Maand
4. Jaar

De eerste maand dat je een uitkering krijgt, is dat een .... % van je oude loon.

1. 65
2. 70
3. 75
4. 80

Als het slecht met de economie gaat dan ontstaat er ................ werkloosheid.

1. Constructurele
2. Conjuncturele
3. Structurele
4. Constante

Als serveersters en obers worden vervangen door robots in restaurants is er sprake van ............. werkloosheid.

1. Constructurele
2. Conjuncturele
3. Structurele
4. Constante

Jamilla werkt bij de Jumbo, ze wordt ontslagen omdat ze niet meer nodig is als kassière vanwege de zelfscans.

1. Constructurele
2. Conjuncturele
3. Structurele
4. Constante

Conjuncturele werkloosheid is:

1. Tijdig
2. Blijvend

Structurele werkloosheid is:

1. Tijdig
2. Blijvend

Frictiewerkloosheid

Seizoenwerkloosheid

Regionale werkloosheid

Jaap is ontslagen bij een strandtent

Dean is afgestudeerd, maar kan al 3 maanden geen baan vinden

Benthe is arts en woont in Eindhoven, in Amsterdam zoeken ze artsen toch gaat ze niet verhuizen hiervoor