What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
Grammatica: werkwoordelijk gezegde
werkwoordelijk gezegde
1 / 17
next
Slide 1:
Mind map
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
This lesson contains
17 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Lesson duration is:
50 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
werkwoordelijk gezegde
Slide 1 - Mind map
Werkwoordelijk gezegde
alle
werkwoorden
in de zin (incl. pv)
"te" of "aan het"
horen bij het wg als ze voor een ww staan.
als er een
uitdrukking
in de zin staat, bv.
Hij staat wortel te schieten
dan
hoort de hele uitdrukking bij het wg.
Slide 2 - Slide
wederkerende werkwoorden
Wederkerend = komt terug.
Het werkwoord slaat terug op het onderwerp.
Slide 3 - Slide
Voorbeeld wederkerend ww
Ik vergis me wel eens.
Je kunt een ander niet vergissen, alleen jezelf. Daarom noem je dit een
verplicht
wederkerend werkwoord.
Bij het werkwoord hoort een wederkerend voornaamwoord (me)
Slide 4 - Slide
toevallig wederkerend ww
Er zijn ook werkwoorden die wederkerend gebruikt kunnen worden, zoals verwonden.
Ik verwondde me aan de groenteschaaf. (wederkerend)
Ik verwondde mijn broertje met de grasmaaier. (niet-wederkerend)
Slide 5 - Slide
Welk werkwoord is een verplicht wederkerend werkwoord?
A
vertragen
B
verspreken
C
vertrouwen
D
vervangen
Slide 6 - Quiz
welke van deze werkwoorden is geen verplicht wederkerend werkwoord?
A
verslapen
B
uitsloven
C
gedragen
D
wassen
Slide 7 - Quiz
verplicht wederkerend ww
slaat terug op het onderwerp
wederkerend voornaamwoord (me, zich, ons, je)
het wederkerend voornaamwoord kan niet vervangen worden door een ander woord (pers. vnw/ zn).
Slide 8 - Slide
WG en wed ww.
Het wederkerend voornaamwoord (me, zich, je) van een
verplicht wederkerend
werkwoord hoort bij het
werkwoordelijk gezegde
.
Wanneer het een
toevallig wederkerend werkwoord
is, hoort dit voornaamwoord niet bij het gezegde en is het een
lijdend voorwerp
.
Slide 9 - Slide
Hoe herken ik een wed.ww?
Vervang het wederkerend vnw door een persoon of ding.
Voeg "zelf" toe aan het wederkerend vnw.
Slide 10 - Slide
voorbeeld
Ik verwondde me tijdens het koken.
Ik verwondde mezelf tijdens het koken
Ik verwondde mijn zus tijdens het koken.
verwonden
is een toevallig wederkerend werkwoord: 'me' is een LV
Slide 11 - Slide
Ik heb me vergist bij het berekenen van die makkelijke som.
Is 'me' lv of wg?
Slide 12 - Open question
Chahid slooft zich altijd enorm uit voor Frans.
Is 'zich' wg of lv?
Slide 13 - Open question
Hij klampt zich vast aan een stuk drijfhout.
Is zich wg of lv?
Slide 14 - Open question
Derk levert zich niet uit aan het arrestatieteam.
Is 'zich' wg of lv?
Slide 15 - Open question
kortom...
Het wederkerend vnw van een verplicht wederkerend ww hoort bij WG!!
Controle: Kun je het wed. vnw. vervangen door een persoon of ding? Dan is het ww geen verplicht wed. ww. en is het wed vnw een LV.
Slide 16 - Slide
Oefenen!
Slide 17 - Slide
More lessons like this
werkwoordelijk gezegde
August 2018
- Lesson with
17 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
Gezegde en lv bij wederkerende werkwoorden
March 2024
- Lesson with
15 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
Les 6 - herhaling wederkerende werkwoorden
May 2022
- Lesson with
16 slides
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
H1 zinsdelen en woordsoorten
November 2021
- Lesson with
22 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
2v Grammatica zinsdelen H1
November 2022
- Lesson with
12 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
Gram woords. wed. vnw. 30 min
March 2021
- Lesson with
20 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
H.1 Grammatica zinsdelen - Wg en lv bij wederkerende werkwoorden
January 2023
- Lesson with
10 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
Gezegde en LV bij wederkerende wwn 25012023
January 2023
- Lesson with
16 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2