Hoofdstuk 3

Hoofdstuk 3
1 / 23
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Hoofdstuk 3

Slide 1 - Slide

Het aanwijzend voornaamwoord

Slide 2 - Slide

Wat is een aanwijzend voornaamwoord?
A
ik, jij, hij, zij, men, wij, jullie, u, zij
B
mijn, jouw, zijn, haar, jullie, hun
C
die, dit, dat, deze
D
een, twee, drie, vier, vijf

Slide 3 - Quiz

Een aanwijzend voornaamwoord is..:
A
mon/ma/mes
B
le/la/les
C
ce/cet/cette/ces
D
un/une/des

Slide 4 - Quiz

Aanwijzend voornaamwoord
mannelijk met klinker / h
cet
mannelijk
ce
vrouwelijk
cette
meervoud
ces

Slide 5 - Slide

Waarover zegt het aanwijzend voornaamwoord iets?
steek je hand op wanneer je het antwoord weet

Slide 6 - Slide

Sleep het aanwijzend voornaamwoord naar het juiste vakje
Mannelijke woorden
Mannelijke woorden met een klinker of stomme h
Vrouwelijke woorden
Alle woorden in het meervoud
Ces
Cet
Ce
Cette

Slide 7 - Drag question

table (v)
album (m)
enfants
bureau (m)
Sleep het aanwijzend voornaamwoord voor het juiste woord.
ce
cette
cet
ces

Slide 8 - Drag question

Sleep het juiste aanwijzend voornaamwoord naar de juiste plaats.
2. Je n'aime pas ____pantalon (mw).
ce
cet
cette
ces

Slide 9 - Drag question

Sleep het juiste aanwijzend voornaamwoord naar de juiste plaats.
3. ____ chaussures ne me plaisent pas.
Ce
Cet
Cette
Ces

Slide 10 - Drag question

Welke aanwijzend voornaamwoord moet je gebruiken in het Frans als het woord is... 
mannelijk enkelvoud
vrouwelijk enkelvoud
Meervoud 
Ce
Cette 
Ces
Cet

Slide 11 - Drag question

Vervang het lidwoord door een aanwijzend voornaamwoord.

la robe
A
ces robe
B
ce robe
C
cet robe
D
cette robe

Slide 12 - Quiz

Aanwijzend voornaamwoord:
_______ homme (m)
A
ce
B
cette
C
ces
D
cet

Slide 13 - Quiz

Welk aanwijzend voornaamwoord?
________ filles (v)
A
Ce
B
Ces
C
Cette
D
Cet

Slide 14 - Quiz

Vervang het lidwoord door een aanwijzend voornaamwoord.

l'homme
A
ce homme
B
cet homme
C
cette homme
D
ces homme

Slide 15 - Quiz

Welk aanwijzend voornaamwoord?

____________ robe (v)

A
ce
B
cette
C
cet
D
ces

Slide 16 - Quiz

Welk aanwijzend voornaamwoord?

____________ chats (m)

A
ce
B
cette
C
cet
D
ces

Slide 17 - Quiz

Aanwijzend voornaamwoord:
_______ monsieur
A
cet
B
cette
C
ces
D
ce

Slide 18 - Quiz

Aanwijzend voornaamwoord:
_______ agenda
A
cet
B
cette
C
ces
D
ce

Slide 19 - Quiz

Aanwijzend voornaamwoord:
_______ guitare (v)
A
ce
B
cette
C
ces
D
cet

Slide 20 - Quiz

Aanwijzend voornaamwoord:
_______ chaussures
A
ce
B
cette
C
ces
D
cet

Slide 21 - Quiz

Aanwijzend voornaamwoord
...............fille
A
ce
B
cette
C
cet
D
ces

Slide 22 - Quiz

Vocabulaire

Slide 23 - Slide