havo 7.1 7-10

Wat gaan we doen?
Opdracht bespreken
Paragraaf 7.1 leren
1 / 15
next
Slide 1: Slide
MaatschappijwetenschappenMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Wat gaan we doen?
Opdracht bespreken
Paragraaf 7.1 leren

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Lesdoel
Je kunt het kernconcept institutionalisering uitleggen aan de hand van een context.
Je kunt uitleggen wat het kernconcept te maken heeft met de veranderingen in de 20e eeuw. 
Je kunt het gezin van voor de jaren 70 beschrijven en uitleggen waarom het gezin sociale institutie is.
Je kunt de voor en nadelen van institutionalisering benoemen.

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Vraag
Wat is ook al weer een institutie?

Slide 3 - Slide

This item has no instructions




Sinds welk jaar is er in Nederland sprake van algemeen kiesrecht?
Sinds welk jaar is er in Nederland sprake van algemeen kiesrecht? 
A
1819
B
1890
C
1919
D
1910

Slide 4 - Quiz

This item has no instructions

Slide 5 - Video

Benadruk hier de betekenis van passief en actief kiesrecht.
Institutionalisering 
Het proces waarbij een complex van waarden en min of meer geformaliseerde regels vastgelegd wordt in standaard gedragspatronen, die het gedrag van mensen en hun onderlinge relaties reguleren. 

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Vraag
Institutionalisering hier op school?

Wat zou een nadeel kunnen zijn van institutionalisering?

Benoem een voordeel en een nadeel van institutionalisering.

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Verzuiling
De samenleving was opgedeeld in drie (of vier) levensbeschouwelijke en sociaaleconomische groepen: 
Katholiek
Protestants
Socialistisch
(Liberaal)
Mensen bleven voornamelijk binnen ‘de eigen zuil’ en de cultuur was sterk collectivistisch.

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Slide 9 - Video

Benadruk dat er in dit filmpje andere zuilen worden benoemd dan in het lesboek, maar dat we bij Seneca socialistisch, protestants, katholiek (en liberaal) aanhouden.
Vraag
Wat heeft verzuiling met instituties te maken?

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Bij welke zuil horen de kranten?
Katholiek
Socialistisch
Protestants
Liberaal

Slide 11 - Drag question

Benadruk na deze vraag dat er bij de verzuiling sprake was van min of meer geformaliseerde regels die ervoor zorgden dat gedragspatronen gereguleerd werden, zoals welke krant mensen lazen.
Gezinsleven ('20-'60)
Het gezin kun je zien als een sociale institutie, omdat er regels zijn waardoor iedereen weet wat er van hem of haar verwacht wordt.
Kostwinnersgezin en bevelshuishouding: er was sprake van een duidelijke rolverdeling tussen man en vrouw en een grote machtsafstand. 
Dit was was ook (deels) wettelijk vastgelegd. 

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Voordelen
Gedrag wordt gereguleerd
Er wordt steeds meer geredeneerd vanuit regels en procedures
Leidt tot zingeving (bijvoorbeeld statieflessen)
Nadelen
Gedrag wordt voorspelbaar, wat leidt tot meer vrijheid

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Lesdoel
Je kunt het kernconcept institutionalisering uitleggen aan de hand van een context.
Je kunt uitleggen wat het kernconcept te maken heeft met de veranderingen in de 20e eeuw. 

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

huiswerk
Tekstverkenner 1 en lezen 7.1
Opdracht 3

Slide 15 - Slide

This item has no instructions