jaar 1thema 19 deel 2: leerbehoeften en leerstijlen

Welke onderzoeker hoort bij het cognitivisme?

A
Pavlov (Honden)
B
Skinner (bobo-pop)
1 / 35
next
Slide 1: Quiz
Pedagogisch werkMBOStudiejaar 1

This lesson contains 35 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.

Items in this lesson

Welke onderzoeker hoort bij het cognitivisme?

A
Pavlov (Honden)
B
Skinner (bobo-pop)

Slide 1 - Quiz

Welke onderzoeker hoort bij het behaviorisme?

A
Pavlov (Honden)
B
Bandura (bobo-pop)

Slide 2 - Quiz

wat is de kern van het sociaal constructivisme?
A
mensen leren door elkaar te imiteren
B
mensen leren door hun lange termijn geheugen
C
mensen leren van elkaar, en samen

Slide 3 - Quiz

Wat is cognitief leren?

Slide 4 - Open question

leerbehoeften
dossieronderzoek'
observaties
oriëntatiegesprek
voorkennis
leerstijl

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Video

Slide 7 - Video

Slide 8 - Video

Slide 9 - Slide

doener
wil ervaren en oplossen
kan goed improviseren
houdt van aanpakken

Slide 10 - Slide

dromer
denkt vanuit verschillende perspectieven voordat hij iets doet
wil gevoelens en meningen ontdekken
heeft veel interesses

Slide 11 - Slide

denker
onderzoekt en analyseert vanuit de waarneming.
hij trekt veel conclusies
kan goed plannen
werkt nauwkeurig

Slide 12 - Slide

beslisser
houdt van een praktische aanpak
wil het verband weten tussen leren en werken
is praktisch ingesteld

Slide 13 - Slide

Ben jij een doener, een beslisser, een denker of een dromer?

Slide 14 - Open question

leerstijl

Slide 15 - Mind map

leerstijlen van Vermunt
ongerichte leerstijl
reproductieve leerstijl
toepassingsgerichte leerstijl
betekenisvolle leerstijl

Slide 16 - Slide

ongerichte leerstijl
moeite hoofd- en bijzaken te onderscheiden
stelt weinig doelen
twijfelt aan zichzelf
heeft stimulans nodig

Slide 17 - Slide

reproductieve leerstijl
gaat in stapjes door de stof
hoofd- en bijzaken uit elkaar
leer veel uit het hoofd
wil prestaties verbeteren

Slide 18 - Slide

toepassingsgerichte
leerstijl
wil het nut van kennis weten
wil kennis meteen toepassen
wil concrete informatie
wil voorbeelden
beroepsgericht leren
wil goed zijn in zijn vak

Slide 19 - Slide

betekenisgerichte
leerstijl
gaat dieper in de stof
legt verbanden
leert gericht
vormt eigen mening
legt stof in eigen woorden uit
heeft echte interesse
leren= uitbreiden kennis

Slide 20 - Slide

welke leerstijl heb jij?
A
ongericht
B
reproductief
C
toepassingsgericht
D
betekenisgericht

Slide 21 - Quiz

beelddenkers

Slide 22 - Slide

beelddenkers

Slide 23 - Mind map

beelddenkers
alle baby's zijn beelddenkers
later komt taal als vervanging voor het beeld
'ach, je weet wel'....
altijd vertalen van beelden naar woorden

Slide 24 - Slide

pictogrammen
mensen met vh
kinderen
schematische afbeeldingen

Slide 25 - Slide

verwijzers
als picto's te moeilijk zijn
foto's van herkenbare dingen
mensen
soms ook spullen: mini-busje
handdoek
tandenborstel

Slide 26 - Slide

Zou je pictogrammen ook in de kinderopvang kunnen gebruiken?
A
jazeker
B
misschien
C
zeker niet

Slide 27 - Quiz

hoe ga je om met beelddenkers in de klas?
-lesstof aanbieden
-zelf laten doordenken
-geen oorzaak van onderpresteren of taal- en leerproblemen

Slide 28 - Slide

Wat denk je, ben jij een beelddenker of een echte taaldenker?
A
beelddenker
B
taaldenker

Slide 29 - Quiz

Welke leerstijlen herkent Kolb?
A
denker, doener, dromer, beslisser
B
oingericht,, reproductief, oplossingsgericht, betekenisgericht

Slide 30 - Quiz

de denker is iemand die vooral...
A
waarnemingen analyseert en onderzoekt
B
verschillende perspectieven bekijkt voor hij iets doet
C
meteen aan de slag gaat
D
wil weten waarom iets geleerd moet worden

Slide 31 - Quiz

de beslisser is iemand die vooral...
A
wil ervaren en oplossen
B
goed kan improviseren
C
houdt van een praktische benadering
D
erg nauwkeurig werkt

Slide 32 - Quiz

de toepassingsgerichte leerstijl van Vermunt lijkt erg op de Kolb-leerstijl
A
denker
B
beslisser
C
doener
D
dromer

Slide 33 - Quiz

de minst effectieve leerstijl van Vermunt is de
A
reproductieve leerstijl
B
toepassingsgerichte leerstijl
C
ongerichte leerstijl
D
betekenisvolle leerstijl

Slide 34 - Quiz

of je een beelddenker bent, bepaalt of je dyslexie hebt
A
waar
B
niet waar

Slide 35 - Quiz