Uiterlijk taak 3

• NT2
• ISK

Uiterlijk taak 3

Wat gaan we doen?

• Huiswerk laten zien.
• Woorden herhalen.
• Nieuwe woorden leren.
• Taak 3 uitvoeren.

Wat moet je pakken?

• Huiswerk
• Schrift en pen
• Laptop -> inloggen LessonUp

Type hier een titel

Wat ga je in dit thema leren?

• Je geeft een beschrijving, stelt vragen en beantwoordt vragen.
  
• Je doet een onderzoek naar kleding op school.
  
• Je voert een discussie over kleding.
  
• Je schrijft een tekst over geld uitgeven.
  
• Je beschrijft verschillen, bedenkt argumenten en geeft je mening.

Doelen

Aan het einde van deze les:

- Kun je de woorden van les 4 vertalen en er een Nederlandse zin mee schrijven.

- Kun je je eigen mening geven over kleding.

- Kun je met je klasgenoten discussiëren over kleding.

Lopen zonder ergens naartoe te gaan.

1. Lopen
2. Rondlopen
3. Teruglopen
4. Gelopen

Het gras is buiten nat.
Wat is de oorzaak?

Welke woorden horen bij het verleden?

We kunnen niet voetballen, omdat het regent.

.... de regen, kunnen we niet voetballen.

'slechts'

betekent hetzelfde als: (2)

1. dus
2. maar
3. niet goed
4. alleen

Type hier een titel

Woorden les 4

Joris heeft een gemiddeld postuur, niet te groot en niet te klein. Hij werkt in het ziekenhuis en gaat vandaag naar een patiënt. De patiënt is een jonge man die heel slank is. Joris praat graag over cultuur en vertelt over andere landen. Hij merkt dat de jongen een droge lip heeft en geeft hem wat lippenbalsem. Terwijl ze praten, ziet Joris dat de jongen een mooie laars draagt. Die moet hij nog even weghalen voordat de patiënt naar de dokter gaat.

• Schrijf het woordweb in je schrift!

Type hier een titel

Gemiddeld 

Precies in het midden.

Het gemiddelde cijfer van de klas is een 6,2.

Type hier een titel

De patiënt

Iemand die behandeld wordt door een dokter

Mijn opa is patiënt in het ziekenhuis.

Type hier een titel

slank

Dun

Niet dik.

Hij is een slanke man.

Type hier een titel

De cultuur

Iets wat hoort bij een land of groep mensen

Koningsdag hoort bij de cultuur van Nederland.

Type hier een titel

De lip

Ze heeft rode lippen.

Type hier een titel

terwijl

Tijdens

Terwijl ik een boek lees, eet ik een koekje.

Type hier een titel

De laars

1 laars -> 2 laarzen. 

Ik heb nieuwe laarzen gekocht.

Type hier een titel

Weghalen

Ik moet mijn spullen weghalen.

Welke woorden horen bij gemiddeld?

Welke woorden horen bij de patiënt?

Welke woorden horen bij slank?

Welke woorden horen bij de cultuur?

Welke woorden horen bij de lip?

Welke woorden horen bij terwijl?

Welke woorden horen bij de laars?

Welke woorden horen bij weghalen?

Taak 3

Debatteren:

Je mening geven

• ‘Ik vind’, ....
• ‘Volgens mij’,.....
• ‘Ik denk dat', .......

Taak 3

Debatteren:

Je mening geven

Argumenten:

• Waarom wel?
• Waarom niet?

Taak 3

Stellingen

• Met mooie kleren ben je populair.
  
• Op school moet iedereen een uniform dragen.
  
• 50 euro per maand is genoeg om er leuk uit te kunnen zien.
  
• Je kleding vertelt wie je bent.

Eens

Oneens

Met mooie kleren ben je populair.

Eens

Oneens

‘Ik vind’, ....

 ‘Volgens mij’,.....

 ‘Ik denk dat', .......

Op school moet iedereen een uniform dragen.

Eens

Oneens

‘Ik vind’, ....

 ‘Volgens mij’,.....

 ‘Ik denk dat', .......

50 euro per maand is genoeg om er leuk uit te kunnen zien.

Eens

Oneens

‘Ik vind’, ....

 ‘Volgens mij’,.....

 ‘Ik denk dat', .......

Je kleding vertelt wie je bent.

Eens

Oneens

‘Ik vind’, ....

‘Volgens mij’,.....

‘Ik denk dat', .......

Aan het werk

Bouwstenen

• Maak bouwsteen 1, 2 en 3

Klaar?

Opdrachtenboekje

Doelen

Aan het einde van deze les:

- Kun je de woorden van les 4 vertalen en er een Nederlandse zin mee schrijven.

- Kun je je eigen mening geven over kleding.

- Kun je met je klasgenoten discussiëren over kleding.

Huiswerk

Huiswerk voor morgen:

Woordenlijst les 4 klaar.

Bouwstenen 1 en 2 klaar.

Let op! Volgende week vrijdag toets!