16. September 2024/Kapitel 1 / Wortschatz / Grammatik

10 Minuten still lesen:
Was?
Eine weiße Frau
- notiere schwierige Wörter und ihre Bedeutung in deinem Heft

timer
10:00
1 / 23
next
Slide 1: Slide
DuitsMiddelbare schoolmavo, havo, vwoLeerjaar 3

This lesson contains 23 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 120 min

Items in this lesson

10 Minuten still lesen:
Was?
Eine weiße Frau
- notiere schwierige Wörter und ihre Bedeutung in deinem Heft

timer
10:00

Slide 1 - Slide

Was wirst du diese Stunde lernen?
Aan het einde van de les
- kun je aan de hand van omschrijvingen een woord herkennen
- ken je de vervoegingen van het werkwoord 'werden'

Slide 2 - Slide

Taaltoets 1: am Montag dem 21. Oktober
Toetsstof
  • Lernliste Niederländisch-Deutsch Kapitel 1 und 2
  • Grammatik Kapitel 1: de verleden tijd van 'haben' en 'sein' en de tegenwoordige tijd van 'werden'.

Slide 3 - Slide

die Hausaufgaben
Gelernt:
  • Lernliste N-D bis zum 'barbecuen'
  • Lernliste D-N: Teil A, C und D
Gemacht
  • die Aufgaben 22 und 23 zu E Grammatik im Buch
  • Lees vooraf de theorie over het werkwoord 'werden'
  • Antwoorden van vorige opdrachten nakijken via antwoordmodel in jaarbijlage.



























































timer
5:00

Slide 4 - Slide

Arbeitsanweisungen
Auf Seite 145

Slide 5 - Slide

Tips om opdrachten correct te maken?

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Beantworte die Frage
In welchem Monat bist du geboren?
Ich ..............................................

Hilfsmittel: Lernliste
Tip: zet het voltooid deelwoord aan het einde van de zin.
timer
1:00

Slide 8 - Slide

Aufgabe
Was? Vier Umschreibungen, vier Fotos.
Um welches Wort aus der Lernliste geht es?

Zuerst die Umschreibung, dann das Bild (Foto).

Notiere das Wort in deinem Heft.

Slide 9 - Slide

1. Zelfstandig naamwoord
Rundum das Gebiet gibt es nur Wasser.
Man kann das Gebiet nur über eine Brücke, mit einem Boot oder Flugzeug/Hubschrauber erreichen.


Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

2. Zelfstandig naamwoord
Es wird von Booten, Schiffen oder Fähren benutzt.
Manchmal kann man auch darin schwimmen, aber kann auch gefährlich sein.

Er strömt durch Länder und Städte

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

3. werkwoord (Verb)
Wenn man Urlaub macht auf einem Campingplatz

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

4. Einen kleinen Satz
Wenn es minus (-) 10 Grad ist

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

Lösung
1. die Insel
2. der Fluss
3. zelten
4. es friert

Slide 18 - Slide

Aufgabe 1 Individuell
Noteer vragen in het Duits die je hierna aan een medeleerling gaat stellen. 
Kies 4 onderwerpen (4 vragen):
naam
hobby/vrije tijd
woonplaats
leeftijd
broers/zussen
lievelingsvak
huisdier


Aufgabe 2 zu zweit
Ga naast een klasgenoot zitten bij wie je vorig jaar niet in de klas zat.
  • Stel elkaar de vragen.
  • Geef elkaar feedback op zinsbouw, grammatica en uitspraak
  • Doe het gesprek nog een keer met de verbetertips



timer
3:00
timer
4:00

Slide 19 - Slide

die Hausaufgaben
Gelernt:
  • Lernliste N-D
  • Lernliste D-N: Teil A, C, D und H
  • de verleden tijd van 'haben' en 'sein'.
  • Gemacht
  • die Aufgabe 37 zu G Schreiben
  • Antwoorden van vorige opdrachten nakijken via antwoordmodel in jaarbijlage.



























































An die Arbeit!

Slide 20 - Slide

Was hast du heute gelernt?

Slide 21 - Slide

Nächste Unterrichtsstunde:
Bitte mitnehmen
Laptop        Buch A        Heft              Kugelschreiber  

Slide 22 - Slide

Aufgabe
1. Ga naar de grammatica achter in je boek en zoek de werkwoorden 'haben' en 'sein' op.
Ga 5 minuten leren.
2 Ga naar Lessonup - toets 'haben' en 'sein' en maak de opdrachten.

Fertig? 
Ga naar Kapitel 1, zoek op en noteer in je schrift:
1 het thema van het hoofdstuk 
2 welke soort woorden je haat leren (wat zijn de onderwerpen)
3 de grammaticaonderdelen
4 waar je over leert spreken
5 Fertig? Lerne die erste 10 Wörter der Lernliste.


Slide 23 - Slide