This lesson contains 26 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 15 min
Items in this lesson
Herhaling thema 6 Verzorging
Slide 1 - Slide
1. Hoe noemen we een kindergebit ook wel eens?
A
klein gebit
B
kindergebitje
C
niet compleet gebit
D
melkgebit
Slide 2 - Quiz
2. Hoeveel tanden heeft een blijvend gebit van de mens (met verstandskiezen)?
A
32
B
28
C
20
D
18
Slide 3 - Quiz
3. Staan energiedrankjes in de schijf van vijf?
A
Ja
B
Nee
Slide 4 - Quiz
4. Wat helpt je om gezond en gevarieerd te eten ?
A
schijf van vijf
B
de schijf van vier
C
de schijf van gezond eten
D
reclame spotje op tv
Slide 5 - Quiz
5.Tot welk vak van de schijf van vijf behoort spaghetti?
A
nr. 1, groen
B
nr. 3, roze
C
nr. 4, oranje
D
nr. 5, blauw
Slide 6 - Quiz
6. Welk van de onderstaande vakken is het grootst in de schijf van vijf?
A
Eiwitten
B
Vetten
C
Groente/fruit
D
Vocht
Slide 7 - Quiz
7. De eenheid om energie aan te geven is....
A
meter
B
joule
C
calorie
D
gram
Slide 8 - Quiz
8. Als je slaapt, verbruik je geen energie.
A
WAAR
B
NIET WAAR
Slide 9 - Quiz
9. Wat is geen conserveermiddel?
A
suiker
B
water
C
zuur
D
zout
Slide 10 - Quiz
10. Kruisbesmetting is?
A
dat de bacteriën de vorm hebben van een kruis
B
het besmetten van snijplanken
C
het besmetten van bereide producten met bacteriën van rauwe producten
D
voedselbederf
Slide 11 - Quiz
11. Wat moet je doen om voedselbederf te voorkomen?
A
snel opeten
B
hygienisch werken
C
in de aanbieding kopen
D
Bewaren op de juiste manier
Slide 12 - Quiz
Bij vertering worden grotere voedingsstoffen afgebroken tot kleinere verteringsproducten.
12.
slokdarm
Lever + galblaas
Maag
Dunne darm
Dikke darm
Mond
Slide 13 - Drag question
Als grote voedingsstoffen worden afgebroken tot kleine stoffen, krijg je...................... Deze kleine stoffen kunnen door de.......................heen in het.......................worden opgenomen. Tijdens de vertering wordt het voedsel eerst tot kleine stukjes...................... Hierdoor wordt het oppervlak......................Daarna worden de voedingsstoffen..................... met behulp van...................
Veel voedingsstoffen moeten wel eerst worden verteerd.
Sleep de juiste woorden naar de zin.
13.
darmwand
vergroot
afgebroken
verteringsproducten
bloed
Verteringssappen
gekauwd
Slide 14 - Drag question
14. De darmen horen bij het...
A
Ademhalingsstelsel
B
Skelet
C
Uitscheidingsstelsel
D
Verteringstelsel
Slide 15 - Quiz
15. Hoe heet het laatste stukje darm van het verteringstelsel
A
dikke darm
B
twaalfvingerige darm
C
blinde darm
D
endeldarm
Slide 16 - Quiz
16. wat is fair trade?
Slide 17 - Open question
17. Wat is ondervoeding?
Slide 18 - Open question
18. Welke eetstoornissen ken je?
Slide 19 - Open question
19. Noem 3 eetstoornissen
Slide 20 - Open question
20. Anorexia en boulimia zijn
A
Leefstijlstoornissen
B
Virussen
C
Eetstoornissen
Slide 21 - Quiz
21. Mannen hebben gemiddeld meer energie nodig dan vrouwen
A
WAAR
B
NIET WAAR
Slide 22 - Quiz
22. Eten kan je klaarmaken/ bereiden op verschillende manieren zoals...
A
wokken
B
stomen
C
koken
D
frituren
Slide 23 - Quiz
23.Waar begint de vertering?
A
mondholte
B
maag
C
dunne darm
D
dikke darm
Slide 24 - Quiz
24. Voedingsmiddelen en voedingsstoffen, wat is correct?
A
Voedingsmiddelen: alles wat je eet en drinkt
B
Voedingsstoffen: de onbruikbare stoffen in voedingsmiddelen
C
Voedingsmiddelen: geld om voeding te kopen
D
Voedingsstoffen: de bruikbare stoffen in voedingsmiddelen