22/23 3C/3D Week van 9 jant/m 13 jan Week van 16 t/m 20 jan

Week van 9 jant/m 13 jan
Week van 16 t/m 20 jan
Neues Thema --> Anzeige erstatten
- kommende Wochen brauchst du kein Buch
- Wir arbeiten mit  Selbständigkeit
- Selbst entdecken ist das Motto
Toets: 
Prüfung (toets)  viele Wörter 
+ 2 größere Schreibaufgaben
1 / 40
next
Slide 1: Slide
DuitsMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 3

This lesson contains 40 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Week van 9 jant/m 13 jan
Week van 16 t/m 20 jan
Neues Thema --> Anzeige erstatten
- kommende Wochen brauchst du kein Buch
- Wir arbeiten mit  Selbständigkeit
- Selbst entdecken ist das Motto
Toets: 
Prüfung (toets)  viele Wörter 
+ 2 größere Schreibaufgaben

Slide 1 - Slide

Lernziele (leerdoelen)
Am Ende von allen Stunden kannst du:
- Aangeven dat je aangifte wil doen (Anzeige erstatten) 
- Situatie beschrijven waarover je  de aangifte wil doen
- De W-vragen toepassen
- Persoon uitgebreid beschrijven
/omschrijven
- Werkwoorden aanhebben + dragen in tegenwoordige tijd en verleden tijd  toepassen

Slide 2 - Slide

Heute (vandaag) Les 1
- W-Fragen lernen + entdecken
- Was weißt du schon (al)?
- eigene Lernliste zusamenstellen

Slide 3 - Slide

Ontdekken van wat je al weet
Wat: maak de 2 kleine opdrachten
Hoe: eerst voor jezelf 5 min, daarna vergelijken met je buurman/buurvrouw
Tijd: 10 min totaal
Verwerking:  We bespreken dit klassikaal

Slide 4 - Slide

Welke W-vragen ken je in het Duits?

Slide 5 - Open question

Wat betekent:
Was ist passiert?

Slide 6 - Open question

Wat betekent:
Wo ist es passiert?

Slide 7 - Open question

Wat betekent:
Wann ist es passiert?

Slide 8 - Open question

Wat betekent:
Was haben Sie gesehen?

Slide 9 - Open question

Wat betekent:
Wie sieht der Täter (dader) aus?

Slide 10 - Open question

Schrijf in het Duits alle dagen van de week, alle maanden van het jaar op

Slide 11 - Open question

Vertaal:
vandaag, vanmorgen, vanmiddag vanavond, gisteren, vorige week

Slide 12 - Open question

Personenbeschreibung
Was muss man alles beschreiben bei einer Personenbeschreibung?

Slide 13 - Slide

De belangrijkste kenmerken van personen
- Alter (leeftijd)
- Geschlecht (geslacht)
- Aussehen der Person (uiterlijk) (grote, haarkleur, oogkleur, enz.)
- Kleidung (kleding) (Broek, rok, jurk, shirt, trui, pet, enz.)

Slide 14 - Slide

Beschrijvingslijst digitaal
Wat: Maak een lijst in het Duits van +/-80 woorden. Minimaal 60 woorden. De lijst bestaat uit de categorieën: 
Kleidung 
Schmuck (Sierraden) und Zubehör (Accessoires) 
Aüßerliche Merkmalen (uiterlijk kenmerken) 
Farben. (kleuren)  
Werkwoord dragen en aanhebben


Slide 15 - Slide

Beschrijvingslijst digitaal
Hoe: met het digitale werkblad
Welke info: mijnwoordenboek.nl
Tijd: 20 minuten
Verwerking: we gaan in 4-tallen bespreken

LET OP: DIT WORDT JOUW LEERLIJST VOOR DE TOETS
100% VERANTWOORDING

Slide 16 - Slide

Bespreken
Hoe: Ga in een 4-tal zitten en vergelijk per woord elkaars lijst, op die manier vul je woorden aan die je zelf niet hebt.
Welke info: elkaars lijst
Tijd: 10 min
Verwerking: geen
LET OP: DIT WORDT JOUW LEERLIJST VOOR DE TOETS
100% VERANTWOORDING

Slide 17 - Slide

Hausaufgaben Montag 16 Januar
De leerlijst heb je de categorie kleding en sieraden en accessoires af

Slide 18 - Slide

Week van 9 jant/m 13 jan
Week van 16 t/m 20 jan
Am Ende kannst du:
- Aangeven dat je aangifte wil doen (Anzeige erstatten)
- Situatie beschrijven waarover je aangifte wilt doen
- De W-vragen toepassen
- Persoon uitgebreid beschrijven /omschrijven
- de 2 werkwoorden aanhebben/ dragen in tegenwoordige tijd en verleden tijd toepassen

Slide 19 - Slide

Lernliste 10 Min
We bespreken klassikaal nog even de leerlijst. 
Ik noem wat woorden op, zoek ze in je lijst op.
Uitleg werkwoorden tragen anhaben

Slide 20 - Slide

even korte oefening
Oefenen met een beschrijving
Via de lesson up
Ik deel het scherm, dus kijk op je IPad

Slide 21 - Slide

Wer ist wer (wie is wie)
- Lees de tekst en plaats de tekst bij de juiste persoon.


Slide 22 - Slide

Ich bin zehn Jahre alt. Ich habe blonde Haare, die zu einem Zopf gebunden sind. Ich habe ein türkislila-gestreiftes Polo-Shirt und lila Shorts an. Dazu trage
ich Fußballschuhe. 


Slide 23 - Drag question

Ich bin vier Jahre alt. Ich habe rötliche Haare. Ich bin sehr klein. Ich trage ein türkises T-Shirt und einen lila Rock. 

Slide 24 - Drag question

Dader beschrijven
Täter beschreiben
Werkblad 2
Wat: Beschrijf de man op de afbeelding uitvoerig.
Hoe; op werkbladpapier, of op IPad. digitaal via Teams
Welke info? Bedenk welke informatiebronnen je wil gebruiken, leerlijst, mijnwoordenboek.nl
Tijd: 10 min
verwerking: we bespreken klassikaal

Slide 25 - Slide

Hausaufgaben vrijdag 20 januari
Je hebt de dader (Täter) volledig beschreven
Op het uitgedeelde werkblad de werkwoorden anhaben en tragen vervoegd.
Categorie  kleuren toegevoegd op werkblad 1
Ga zelf op het internet op zoek hoe je die werkwoorden moet vervoegen.

Slide 26 - Slide

Week van 9 jant/m 13 jan
Week van 16 t/m 20 jan
Bespreken personenbeschrijving + werkwoorden
beschrijvingslijst compleet maken --> vraag en ik help je
Nieuwe beschrijving --> uitgeprint uitdelen

Poster feedback iedereen komt bij mij

Slide 27 - Slide

Bespreken dader beschrijven

Slide 28 - Slide

geef je beschrijving in het Duits

Slide 29 - Open question

Werkwoorden
dragen -->?
aanhebben -->

Slide 30 - Slide

Bespreken van de Lernliste 
Ich
du
er/sie/es

wir
ihr
sie/ Sie


Ich
du
er/sie/es

wir
ihr 
sie/ Sie

Slide 31 - Slide

Zinnetjes oefenen
De dader (Täter) is een man.
Hij heeft bruin haar.
Hij draagt een bruine jas.
Hij heeft rode sportschoenen aan.

Slide 32 - Slide

Oefening compleet maken kledinglijst
digitaal  of op papier (werkblad 3)
Pak je eigen lijst er bij en zoek daaruit de vertalingen op.  Of vul je lijst aan.
Heb je het niet op je eigen lijst staan? --> 
  • mijnwoordenboek.nl 
  • uitmuntend.de
  • google translate
  • gewoon woordenboek

Slide 33 - Slide

Täter (dader) beschreiben WERKBLAD 4
Je ontvangt een nieuwe afbeelding. Je beschrijft de dader nu volledig.
- altijd van boven naar beneden
- hele zinnen
- wissel af met de werkwoorden tragen en anhaben

Slide 34 - Slide

Hausaufgaben maandag 23 januari
Personenbeschreibung --> beschrijving 2
lijst compleet 

Slide 35 - Slide

Week van 9 jant/m 13 jan
Week van 16 t/m 20 jan
Aan het einde kan je:
- vragen tijdens een aangiftegesprek vertalen naar het NL
- Tekst lezen over kleding

Slide 36 - Slide

Aangifte gesprek vertalen
Wat:  kennismaken met aangifte gesprek
Hoe ga je dat doen?  via werkblad 5
informatie kan je gebruiken
kleding lijst en je eigen kennis
Hoeveel tijd heb je hiervoor: 10 minuten
Verwerking:  we bespreken het klassikaal

Slide 37 - Slide

Voorbereidende opdracht lezen
Wat betekenen de volgende woorden
Schmuck
Strümpfe
Knöpfe
Gürtel
Krawatte
Schrijf deze op het werkblad erbij

Slide 38 - Slide

Tekst lezen
Wat:  lezen tekst
Hoe ga je dat doen?  via werkblad 6 en in volledig in stilte de eerste 5 minuten
informatie kan je gebruiken
geen
Hoeveel tijd heb je hiervoor: 15 minuten
Verwerking:  we bespreken het klassikaal

Slide 39 - Slide

Hausaufgaben
Leren de kledinglijst

Slide 40 - Slide