Werkwoordspelling deleten
De infinitief/het hele werkwoord tegenwoordige tijd
deleten
deleten = delet =uitspraak?
ik delete= tegenwoordige tijd 'e' blijft staan! (uitspraak en betekenis moet het zelfde blijven)
Uitspraak: ik deliet
Ik delete = deletete (schrijfwijze zwak werkwoord verleden tijd + te)
Uitspraak: ik deliete
Hij/zij/het/men/u deletet = deletete (schrijfwijze zwak werkwoord verleden tijd + te)
Uitspraak: deliete
Hij heeft gedeletet = schrijfwijze voltooid deelwoord
Uitspraak = gedeliet