5.9 Media en onderzoek

Thema 5
In vorm

Pak je spullen erbij en log in.

1 / 22
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 1

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Thema 5
In vorm

Pak je spullen erbij en log in.

Slide 1 - Slide

Lesopbouw:
Absentie
Hfst overzicht
Doel vorige les
Doel en uitleg deze les
Maken en bespreken opdrachten
Afsluiting

Slide 2 - Slide

Hfst overzicht: Vol Spanning
Les 1: Fictie
Les 2: Gedicht
Les 3: Lezen
Les 4: Schrijven en formuleren
Les 5: Woorden
 
Daarna Toets Thema 5 in de toetsweek
Les 6: Spreken, kijken en luisteren
Les 7: Grammatica
Les 8: Spelling: 
Les 9 Media en onderzoek

Slide 3 - Slide

5.7 grammatica
Ik weet hoe ik een bijvoeglijk naamwoord vindt. 
Ik weet hoe ik een voorzetsel vindt. 
Ik weet hoe je telwoorden vindt. 

Slide 4 - Slide

Wat weten we al: 
lidwoorden
werkwoorden
zelfstandige naamwoorden

Slide 5 - Slide

Wat zijn de lidwoorden?

Slide 6 - Open question

Noem een aantal werkwoorden:

Slide 7 - Open question

Noem een aantal zelfstandige naamwoorden:

Slide 8 - Open question

Maak een zin met een bijvoeglijk naamwoord.

Slide 9 - Open question

Maak een zin met een telwoord.

Slide 10 - Open question

Maak een zin met een voorzetsel.

Slide 11 - Open question

5.8 Spelling doel
Ik weet hoe ik een voltooid deelwoord spel. 
Ik weet hoe ik een bijvoeglijk naamwoord spel.
Ik weet hoe ik 8 dicteewoorden spel. 

Slide 12 - Slide

5.8 Spelling dicteewoorden
Pak een schrift/blad en pen. 
Luister naar het woord. 
Schrijf het woord op. 
Controleer het woord'. 
Verbeter waar nodig. 

Nakijken. Kijk je woord letter voor leter na. 

Slide 13 - Slide

5.8 Doel: voltooid deelwoord
Het voltooid deelwoord (VD) is een vorm van een werkwoord. Meestal staat het achteraan de zin.
Het begint vaak met: ge-, be-, her-, ver- of ont-. 
We zijn naar huis gelopen
Hij heeft het zich herinnerd
In een zin met een vd staat meestal het pv van hebben, zijn of worden. 

Slide 14 - Slide

Waar begint een VD meestal mee?

Slide 15 - Open question

Welke werkwoordvorm staat altijd in een zin met een vd?

Slide 16 - Open question

5.8 Doel: voltooid deelwoord
Het voltooid deelwoord van sterke woorden schrijf je zoals je het zegt. 
We hebben heerlijk geslapen.  (slapen/sliepen)
Dat had ik nooit gedacht. (denken/dachten)

Het voltooid deelwoord van zwakke ww eindigt op -d of -t
Ik heb een voldoende voor NL gehaald. (De gehaalde voldoende)

Slide 17 - Slide

5.9 Media en onderzoek: DOEL
Ik weet wat het verschil is tussen chattaal en schrijftaal is. 
Ik weet hoe en wanneer je chattaal gebruikt. 
Ik weet wat beeldtaal is. 

Slide 18 - Slide

5.9 Media en onderzoek: DOEL
Ik weet wat het verschil is tussen chattaal en schrijftaal is. 
Schrijftaal: e-mail, werkstuk. Je maakt mooie zinnen met standaardnederlands. 

Chattaal: socialmedia: whatsapp, Instagram enz. Je gebruikt afkortingen enz
Beeldtaal: plaatjes ,emoij's 

Slide 19 - Slide

5.9 samen maken
opdracht 1, 2, 3, 4 en 5 blz 119/122

Klaar: oefenen voor de toets!

Toetscontrole:
Je laat je boek zien als je alles af hebt. EERST zelf kijken! Weet je zeker dat je alles af hebt... dan mag jij je boek laten zien. 
timer
10:00

Slide 20 - Slide

5.8 samen maken
opdracht 6

alleen maken: 7, 8, 9

Klaar: Malmberg
Woorden leren, dictee woorden schrijven, versterk jezelf
timer
10:00

Slide 21 - Slide

5.9 media en onderzoek
Bedankt!

Slide 22 - Slide