1. De leerling kan in eigen woorden uitleggen wat attribueren inhoudt bij het analyseren van kunst op basis van het aangeleerde stappenplan.
2. De leerling kan in eigen woorden uitleggen wat voor gevoelens hij of zij ervaart bij een kunstwerk n.a.v. de vormgeving en/of voorstelling.
3. De leerling kan zich inleven in de positie van de maker door vanuit zijn intentie, de keuze(s) voor de vormgeving en voorstelling van een kunstwerk uit te kunnen leggen
4. De leerling kan zich inleven in de positie van de maker door vanuit de keuzes voor de vormgeving en de voorstelling, de intentie van de maker uit te kunnen leggen.
5. De leerlingen kan in eigen woorden een oordeel geven over het kunstwerk op basis van de achterhaalde intentie van de maker en het beschreven effect (gevoel) dat de leerling zelf ervaarden n.a.v. de vormgeving en voorstelling.
6. De leerling kan reflecteren op het leerproces door na te gaan hoe hij of zij vond dat het attribueren van kunstwerken ging op basis van de gemaakte opdrachten.
Slide 3 - Slide
Kunst analyseren
Differentiëren
Organiseren
Attribueren
Slide 4 - Slide
Slide 5 - Slide
Differentiëren
Vormgeving --> Hoe wordt het vormgegeven (kleuren, lijnen, vormen, ruimte, compositie)
Voorstelling --> Wat stelt het voor? Wat zie je erin? Het verhaal.
OBJECTIEF BESCHRIJVEN
Slide 6 - Slide
Organiseren
- Ik denk dat het dit betekent, want............
- Naar aanleiding van X, Y, en Z denk ik dat dit kunstwerk dit moet betekenen...
1. Vormgeving en voorstelling in samenhang beschrijven
2. Hoofdzaken / Bijzaken onderbouwen
3. De context betrekken in je analyse
4. Dan pas interpreteren
Slide 7 - Slide
Attribueren
Wat heeft de maker voor intentie met dit kunstwerk?
Altijd met onderbouwing : waaraan zie of denk ik dat?
Slide 8 - Slide
Attribueren voordoen!
Victorie Boogie Woogie, Piet Mondriaan, 1944
1. Wat zie ik?
2. Wat voel ik?
3. Waarom?
3. Intentie? > hulpboekje
Slide 9 - Slide
Kleine vierkantjes in primaire kleuren: rood, blauw en geel.
Zwarte en witte vierkantjes.
Sommige vierkanten zijn groter anderen kleiner die in een reeks achter elkaar geplaatst zijn.
Het kader maar ook de lijst is ruit-vorming.
Lijnen lopen horizontaal en verticaal door elkaar heen, smallere en dikke lijnen.
Niet gelijk te herkennen > choatisch beeld
Ik krijg er een duizelig gevoel bij
Attribueren: Ik denk dat de kunstenaar ook een gevoel van chaos wilt creëren bij de kijker of een bepaalde drukte wilt weergeven door de verschillende kleuren, groottes en herhalingen. Als ik de titel bekijk boogiewoogie en het jaartal 1944 krijg ik ook het idee dat het om iets vrolijks moet gaan in tijden van oorlog misschien? Dat zou ook het kleurpatroon kunnen verklaren wat wel vrolijk is. Het lijkt ook haast alsof we een bepaalde drukte van bovenaf bekijken?
Slide 10 - Slide
www.bing.com
Slide 11 - Link
Evalueren -> oordeel geven
Nu ik de context weet -> Heeft de kunstenaar dit goed vormgegeven? Is het overgekomen?
Als dit de intentie van de maker is, dan vind ik dat goed weergegeven, want het kunstwerk creëert zeker een bepaalde onrust bij me door de verschillende kleuren en vierkanten die overal lijken te zijn net als in een drukke stad/plattegrond.
Slide 12 - Slide
Nu jullie!
1. Wat zie ik?
2. Wat voel ik?
3. Waarom?
4. Wat kan de intentie zijn?
5. Evalueren
Francis Bacon, Painting 1946, MoMa New York.
Slide 13 - Slide
Opdracht Zichtbare memory
In duo's
Welke intentie van de kunstenaar hoort bij welk kunstwerk?
Waar let je dan op?
Vormgeving en voorstelling
Bespreken antwoorden
Evalueren
timer
20:00
Slide 14 - Slide
Reflectie
Schrijf in een paar zinnen op
-> Wat heb ik gedaan vandaag?
-> Wat heb ik geleerd?
> Gezamenlijk bespreken
Slide 15 - Slide
1. De leerling kan in eigen woorden uitleggen wat attribueren inhoudt bij het analyseren van kunst op basis van het aangeleerde stappenplan.
2. De leerling kan in eigen woorden uitleggen wat voor gevoelens hij of zij ervaart bij een kunstwerk n.a.v. de vormgeving en/of voorstelling.
3. De leerling kan zich inleven in de positie van de maker door vanuit zijn intentie, de keuze(s) voor de vormgeving en voorstelling van een kunstwerk uit te kunnen leggen
4. De leerling kan zich inleven in de positie van de maker door vanuit de keuzes voor de vormgeving en de voorstelling, de intentie van de maker uit te kunnen leggen.
5. De leerlingen kan in eigen woorden een oordeel geven over het kunstwerk op basis van de achterhaalde intentie van de maker en het beschreven effect (gevoel) dat de leerling zelf ervaarden n.a.v. de vormgeving en voorstelling.
6. De leerling kan reflecteren op het leerproces door na te gaan hoe hij of zij vond dat het attribueren van kunstwerken ging op basis van de gemaakte opdrachten.
Slide 16 - Slide
Kunst analyseren
Differentiëren
Organiseren
Attribueren
> Kunstanalyse opdracht volgende week
Slide 17 - Slide
De rest van het uur: Aan de slag!
Verzamelen materiaal of ga gelijk aan de slag!
Laatste 5 minuten van de les terug in het lokaal : bespreken
Lokaal 2.24 is open om spullen te pakken en materiaal op te slaan
Ik zit hier voor vragen en loop op en neer
9 juni lever je het kunstwerk in, voor 12 uur in de aula!
Slide 18 - Slide
Bespreken
Wat ging goed vandaag?
Wat kon beter?
Wat moet ik onthouden voor volgende week om verder te kunnen?
> Ik mis nog de verslagen van....
> Volgende week herhalen stappen en kunstopdracht maken