This lesson contains 12 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 45 min
Items in this lesson
Paragraaf 1 Dierenwelzijn
5.5 Voedsel voor bacteriën en schimmels
Slide 1 - Slide
Doel 5.5
Je leert de nuttige werking van bacteriën en gisten bij de bereiding van voedsel
Slide 2 - Slide
Klassieke biotechnologie
Met behulp van micro-organismen (bacteriën en gisten) voedsel maken/ langer houdbaar maken.
Fermenteren: een proces waarbij bacteriën, schimmels en gisten gebruikt worden om een voedingsmiddel te maken zonder zuurstof
Slide 3 - Slide
Yoghurt maken
In melk zit lactose (melksuiker).
Lactose is een .... sacharide (zoek op in BINAS 67F1, 2, 3)
Melkzuurbacteriën zetten lactose om in glucose en vervolgens
glucose in (2) melkzuur + (2) ATP (hier is geen zuurstof voor nodig!)
C6H12O6 → 2C3H6O3 +2 ATP
Slide 4 - Slide
Slide 5 - Slide
Yoghurt maken
De pH wordt daardoor lager (het wordt zuurder) waardoor het langer houdbaar wordt.
Ook kunnen lactoseintolerante mensen er beter tegen.
Zuurkool wordt op dezelfde manier gemaakt.
Slide 6 - Slide
Alcohol maken
Met behulp van gisten (eencellige schimmels) kun je alcohol maken van suiker.
Dit heet alcoholische gisting.
Gisten zetten glucose om in (2) alcohol + (2) CO2 + (2) ATP (hier is geen zuurstof voor nodig!)
C6H12O6 → 2C2H6O + 2 CO2 + 2 ATP
Slide 7 - Slide
Alcohol maken
Hiermee kun je wijn en bier maken.
Je gebruikt ook gist om brood te maken. Door de CO2 ontstaan belletjes en daarmee wordt het brood luchtig. De alcohol verdampt tijdens het bakken van het brood.
Slide 8 - Slide
Opgave 7 a. In een slechte zomer bevatten druiven soms te weinig glucose. Leg dit uit. b. Wat is het gevolg voor het alcoholpercentage van de wijn?
Slide 9 - Open question
Opgave 8
Twee organismen verbruiken gedurende een bepaalde tijd evenveel glucose; het ene door alcoholische gisting en het andere door aerobe dissimilatie. Hoe verhouden de hoeveelheden vrijgekomen CO2 zich bij de aerobe dissimilatie en de alcoholische gisting? aerobe dissimilatie : alcoholische gisting
A
3:1
B
1:3
C
6:1
D
1:6
Slide 10 - Quiz
Doel 5.5
Je hebt de nuttige werking van bacteriën en gisten bij de bereiding van voedsel geleerd