V2B herhaling middel-doel voorwaardelijk

1 / 12
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

This lesson contains 12 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Meestal gaat het goed, mits het niet te hard waait.
A
concluderend verband
B
redengevend verband
C
voorwaardelijk verband
D
oorzakelijk verband

Slide 4 - Quiz

Als jij alles voor mij inpakt,
koop ik iets lekkers voor onderweg.
A
toelichtend verband
B
redengevend verband
C
voorwaardelijk verband

Slide 5 - Quiz

omdat, daarom, dus, want, de reden hiervoor is, vanwege
dus, daarom, dat houdt in, kortom, concluderend, al met al, het blijkt dat, dan ook
doordat, daardoor, als gevolg van, dat komt door, het gevolg is, dus, dankzij, door te
in vergelijking met, (net) als, evenals, zoals, meer/groter/beter dan, vergeleken met
Concluderend verband
Redengevend verband
Vergelijkend verband
Oorzakelijk verband

Slide 6 - Drag question

Wat is een NIET bestaand verband?
A
Toegevend verband
B
Voorwaardelijk verband
C
Rapporterend verband
D
Oorzakelijk verband

Slide 7 - Quiz

Wij hebben veel geoefend, zodat we een voldoende kunnen halen.
A
Toegevend verband
B
Redengevend verband
C
Samenvattend verband
D
Doel-middel verband

Slide 8 - Quiz

'zodat', 'om te', 'opdat' en 'met' geven het verband:
A
Voorwaardelijk
B
doel-middel
C
concluderend
D
redengevend

Slide 9 - Quiz

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

In hoeverre ben je nu in staat om tekstverbanden te benoemen?
😒🙁😐🙂😃

Slide 12 - Poll