Schrijven volgens een vaste structuur (H1 en 2)

Schrijven volgens een vaste structuur
Nieuw Nederlands H1 en 2
1 / 12
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

This lesson contains 12 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Schrijven volgens een vaste structuur
Nieuw Nederlands H1 en 2

Slide 1 - Slide

Indeling zakelijke tekst
Een zakelijke tekst heeft altijd dezelfde indeling:
Inleiding
Middendeel 
Slot

Slide 2 - Slide

Inleiding
Middendeel
Slot
Conclusie
Argument
Oplossingen
Standpunt
Hoofdvraag
Antwoord op de hoofdvraag
Voor- en nadelen

Slide 3 - Drag question

In de inleiding trek je de aandacht van de lezer. Hoe kun je dat doen?

Slide 4 - Open question

Inleiding
In de eerste alinea van de inleiding trek je de aandacht van de lezer. Dit kan op de volgende manieren:
  • Iets noemen uit de actualiteit
  • Iets noemen uit de geschiedenis
  • Een voorbeeld of anekdote beschrijven
  • Iets beschrijven wat voor de lezer van persoonlijk belang is

Slide 5 - Slide

Je kent het wel: je verveelt je dood door Corona. Hoe kunt je dit oplossen?
A
Actualiteit
B
Geschiedenis
C
Voorbeeld
D
Belang van de lezer

Slide 6 - Quiz

Wat zet je in de slotalinea?

Slide 7 - Open question

Slot
  • Je formuleert de hoofdgedachte van de tekst: dit is het antwoord op de hoofdvraag of het standpunt van de schrijver.
  • Je gebruikt signaalwoorden als daarom, kortom, al met al en dus
  • Je sluit af met een krachtige slotzin, ook wel uitsmijter genoemd. 

Slide 8 - Slide

Opdracht
Open je boek bij H1 Schrijven
Maak opdracht 1
Je hebt 5 minuten de tijd

Slide 9 - Slide

Vaste tekststructuren
  • Argumentatiestructuur
  • Aspectenstructuur
  • Probleem-oplossingstructuur
  • Verklaringsstructuur
  • Verleden-heden-toekomststructuur
  • Voor- en nadelenstructuur
  • Vraag-antwoordstructuur 

Slide 10 - Slide

Overtuigen
Informeren
Opinieren
Argumentatiestructuur
Probleem-oplossingstructuur
Vraag-antwoordstructuur
Verleden-heden-toekomststructuur

Slide 11 - Drag question

Opdracht
Open je boek bij H2 Schrijven
Maak opdracht 1 en 2
Deze opdrachten zijn huiswerk voor morgen

Slide 12 - Slide