Paragraaf 8.4 Je bloedsomloop

8.4 Je bloedsomloop
1 / 47
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvmbo t, havoLeerjaar 2

This lesson contains 47 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

8.4 Je bloedsomloop

Slide 1 - Slide

Leerdoel 1
Je kent de grote en kleine bloedsomloop

Slide 2 - Slide

Wat is de functie van de kleine bloedsomloop?

Slide 3 - Open question

Bloedsomlopen
Grote bloedsomloop:
hart - orgaan - hart

Kleine bloedsomloop:
hart - longen - hart

Slide 4 - Slide

Leerdoel 2
Je kent de namen van de bloedvaten in je lichaam

Slide 5 - Slide

Namen van bloedvaten
Slagaders: altijd vanaf het hart naar organen toe
- nierslagader
- leverslagader
- longslagader

Aders: altijd vanaf organen naar het hart toe
- nierader
- leverader
- longader

Slide 6 - Slide

Leerling Frits zegt het volgende: slagaders bevatten altijd zuurstofrijk bloed en aders altijd zuurstofarm bloed.

Ben je het met Frits eens. Leg uit waarom wel/niet

Slide 7 - Open question

Zuurstofrijk/arm
Alle slagaders bevatten zuurstofrijk bloed

Alle aders bevatten zuurstofarm bloed

Behalve bij de longslagader en bij de longader. Daar is het omgedraaid

Slide 8 - Slide

Namen van bloedvaten
> Aorta

> Bovenste holle ader

> Onderste holle ader

> Poortader

Slide 9 - Slide

Oefenvraag
Noteer (op papier of in bijv. word) 1 t/m 11 en zet de juiste naam erachter
timer
5:00

Slide 10 - Slide

Noem langs welke bloedvaten je komt als je vanaf het hart naar de nieren gaat en vervolgens weer terug naar het hart

Slide 11 - Open question

Heb je nog behoefte aan extra uitleg?
A
Ja
B
Nee

Slide 12 - Quiz

Huiswerk
Maak opdracht 15 t/m 23 van 8.4


Slide 13 - Slide

Maak de opdracht in de volgende link en maak een foto van je score.

https://biologiepagina.nl/Oefeningen/Torso/anatomietorso.htm

timer
10:00

Slide 14 - Open question

8.4 Je bloedsomloop

Slide 15 - Slide

Leerdoelen 8.4
Je kent de grote en kleine bloedsomloop

Je kent de namen van de bloedvaten in je lichaam

Je kent de route de bloed neemt door het hart

Slide 16 - Slide

Welke route neemt bloed altijd bij de kleine bloedsomloop?

Slide 17 - Open question

Bloedsomlopen
Grote bloedsomloop:
hart - orgaan - hart

Kleine bloedsomloop:
hart - longen - hart

Slide 18 - Slide

Welke route neemt een slagader altijd in de grote bloedsomloop?

Slide 19 - Open question

Oefenvraag
Noteer (op papier of in bijv. word) 1 t/m 11 en zet de juiste naam erachter
timer
5:00

Slide 20 - Slide

Kies bij de juiste nummers het juiste antwoord
A
1 = zuurstofarm 2 = grote 3 = zuurstofrijk 4 = kleine
B
1 = zuurstofarm 2 = kleine 3 = zuurstofrijk 4 = grote
C
1 = zuurstofrijk 2 = grote 3 = zuurstofarm 4 = kleine
D
1 = zuurstofrijk 2 = kleine 3 = zuurstofarm 4 = grote

Slide 21 - Quiz

Wat is de route van de poortader?

Slide 22 - Open question

Welke is de slagader? Waaraan kan je dat zien?

Slide 23 - Slide

Welke type bloedvat is dit?

Slide 24 - Slide

Welke cellen kunnen uit een haarvat?

Slide 25 - Slide

Een van de bloedvaten hiernaast vervoert bloed naar de nieren. Welke?
A
Nummer 1
B
Nummer 2
C
Nummer 3

Slide 26 - Quiz

Leerdoelen 8.4
Je kent de onderdelen van het hart

Je weet de route die bloed neemt door het hart

Slide 27 - Slide

Het hart: 4 ruimtes
> 2 boezems en 2 kamers
> Bloed stroomt vanuit de boezems in de kamers (nooit andersom!)

Slide 28 - Slide

De route
1) zuurstofarm bloed komt via de holle ader in de rechterboezem

2) vanuit de rechterkamer wordt zuurstofarm bloed via de longslagader naar de longen gepompt

3) via de longader komt zuurstofrijk bloed in de linkerboezem terecht

4) vanuit de linkerkamer wordt zuurstofrijk bloed naar de aorta (en overige organen) gepompt

5) in de overige organen wordt zuurstof uit het bloed gehaald. Via de aders stroomt het zuurstofarme bloed naar de holle ader

Slide 29 - Slide

De hartkleppen
Hartkleppen voorkomen dat bloed terugstroomt naar de boezems vanuit de kamers

Slagaderkleppen (halvemaanvormige kleppen) voorkomen dat bloed terugstroomt naar de kamers vanuit de slagaders

Slide 30 - Slide

Noteer bij de nummers de juiste antwoorden

Slide 31 - Open question

Kies bij de juiste nummers het juiste antwoord
A
18 = onderste holle ader 16 = rechterkamer 2 = linkerboezem 7 = aorta
B
18 = onderste holle ader 16 = rechterboezem 2 = linkerkamer 3 = aorta
C
18 = bovenste holle ader 16 = rechterkamer 2 = linkerboezem 7 = aorta
D
18 = bovenste holle ader 16 = rechterboezem 2 = linkerkamer 3 = aorta

Slide 32 - Quiz

Kopieer de volgende link en maak een foto van je score. Upload je foto hier.


https://biologiepagina.nl/Oefeningen/Hart/hartonderdelen.htm

Slide 33 - Open question

Huiswerk
Maak opdracht 6 t/m 14 van 8.4


Slide 34 - Slide

8.4 Je bloedsomloop

Slide 35 - Slide

Leerdoelen 8.4
Je kent de grote en kleine bloedsomloop

Je kent de namen van de bloedvaten in je lichaam

Je kent de route de bloed neemt door het hart

Slide 36 - Slide

Kopieer de volgende link en maak een foto van je score. Upload je foto hier.


https://biologiepagina.nl/Oefeningen/Hart/hartonderdelen.htm
timer
3:00

Slide 37 - Open question

Wat is de functie van de hartkleppen?
En van de slagaderkleppen?

Slide 38 - Open question

Energie
Kransslagaders
Zuurstof en glucose

Kransader
Koolstofdioxide en andere afvalstoffen

Verstopping van kransslagader/kransader kan leiden tot een hartinfarct

Slide 39 - Slide

Hartritme
Hoe vaak je hart slaat per minuut

Hartritme kan je zien op een ECG

Slide 40 - Slide

Opdracht
We beginnen in de rechterkamer, de cellen in je nieren hebben zuurstof nodig. 

Beschrijf de weg die een rode bloedcel aflegt.
Noem hierbij de onderdelen van het hart en de bloedvaten in de goed volgorde.

2* vanaf de darmen naar de hersenen
3* vanaf de kleine teen naar de aorta
4* vanaf de longen naar de lever

Slide 41 - Slide

Weg rode bloedcel
Darmen -----> Hersenen

Slide 42 - Open question

Weg rode bloedcel
Kleine teen ----> Aorta

Slide 43 - Open question

Weg glucose
Darmen ------> kleine teen

Slide 44 - Open question

Kies bij de juiste nummers het juiste antwoord
A
18 = onderste holle ader 16 = rechterkamer 2 = linkerboezem 7 = aorta
B
18 = onderste holle ader 16 = rechterboezem 2 = linkerkamer 3 = aorta
C
18 = bovenste holle ader 16 = rechterkamer 2 = linkerboezem 7 = aorta
D
18 = bovenste holle ader 16 = rechterboezem 2 = linkerkamer 3 = aorta

Slide 45 - Quiz

Planning
Volgende week dinsdag: oefentoets

Volgende week donderdag: bespreken oefentoets + oefenen

Dinsdag 16-03: toets over 8.1 t/m 8.4

Slide 46 - Slide

Huiswerk:
Kopieer de volgende link en maak een foto van je score. Upload je foto hier.


https://biologiepagina.nl/Toetsen/bloedsomloop/bloedsomloop.htm

Slide 47 - Open question