Framing

Kracht van taal
Framing
1 / 14
next
Slide 1: Slide
onderwijskundeBeroepsopleiding

This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 10 min

Items in this lesson

Kracht van taal
Framing

Slide 1 - Slide

Leerdoelen
Je kent de begrippen denotatie, connotatie, eufemisme en dysfemisme
Je weet het verschil tussen denotatie en connotatie
Je kan voorbeelden geven van eufemisme en dysfemisme
Je kunt een negatief woord vervangen met een positief woord
Je kan bewuster nadenken over je eigen woordkeuze

Slide 2 - Slide

Zeg niet niet

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Niet aggresief - aardig, rustig
Niet snel - langzaam

Slide 5 - Slide

Studievoorschot
A
Positief
B
Negatief
C
Neutraal
D
Weet niet/geen mening

Slide 6 - Quiz

Leenstelsel
A
Positief
B
Negatief
C
Neutraal
D
Weet niet/geen mening

Slide 7 - Quiz

Denotatie
Letterlijke betekenis

Slide 8 - Slide

Connotatie
Gevoelswaarde

Slide 9 - Slide

Positief
Neutraal
Negatief
Slank
Mager
Werkloos
Werkzoekend
Gehandicapte
Auto
Paard
Knol
Bezopen
Dronken

Slide 10 - Drag question

Eufemismen en dysfemismen
Synoniemen

Slide 11 - Slide

Iemand uit een ander land die hier komt wonen

Slide 12 - Mind map

Vacaturetaal
Sales Engineer

Customer Care Manager

Outbound sales manager

Slide 13 - Slide

Extra informatie
Sarah Gagenstein


Lera Boroditsky - Ted Talk

Slide 14 - Slide