Katja, tegenstellingen, tekst Lars, dagen vd week

• NT2
• Basisschool
• Groep 6

Nederlands

Maandag 13 januari 2025

   

 juf Francien en juf Marjolein

Please go to www.lessonup.com

Hotel Hallo

Katja

Luister naar de radioshow.

Lees de radioshow in een tweetal.

2. het antwoord

16. de vraag

31. dom 

57. slim

72. snel

100. langzaam

7. moeilijk

25.makkelijk

24. trots (op)

45. opnieuw

68. samen 

89. alleen

Leerkracht zegt een woord

Leerling schrijft het nummer op

Doe dit een aantal keer

Daarna kan leerling de nummers opnoemen.

Leerkracht zegt een nummer

Leerling schrijft het woord op

Doe dit een aantal keer

Daarna kan de leerling de woorden voorlezen.

Tegenstellingen

Schrijf de tegenstellingen in het Nederlands in je schrift

Vertaal in een andere taal als je dat fijn vindt

Maak er een tekening bij als dit jou helpt 

jong                                 oud

druk

rustig

dom

slim

moeilijk

makkelijk

samen

alleen

vriendelijk

gemeen

groot                                         klein

Nederlands

Dinsdag 14 januari 2025

   

 juf Francien en juf Marjolein

Please go to www.lessonup.com

druk

langzaam

makkelijk

slim

samen

dom

moeilijk

rustig

snel

alleen

groot

dun

gemeen

dik

klein

vriendelijk

Tegenstellingen

dom-slim

snel-langzaam

moeilijk-makkelijk

samen-alleen

vriendelijk-gemeen

groot-klein

dun-dik

oud-jong

rustig-druk

rustig -

1. slim
2. samen
3. druk
4. klein

snel -

1. langzaam
2. groot
3. oud
4. vriendelijk

moeilijk -

1. dik
2. makkelijk
3. gemeen
4. slim

samen -

1. langzaam
2. oud
3. dom
4. alleen

vriendelijk -

1. slim
2. groot
3. gemeen
4. dun

klein -

1. langzaam
2. dik
3. rustig
4. groot

dun -

1. dik
2. samen
3. groot
4. snel

jong -

1. groot
2. oud
3. druk
4. dom

rustig -

1. jong
2. moeilijk
3. druk
4. groot

Vragen of iemand het nog eens wil zeggen

Wil je het nog eens zeggen?

Kun je dat herhalen?

Wat zeg je?

Een vraagzin maken

Ik ben Mia.

Ben ik Mia?

Ik begrijp het niet

Begrijp ik het niet?

Ik ken een leuk liedje

Ken ik een leuk liedje?

Werk in een tweetal.

Nummer 1:

Kies een zin uit de tekst.

Lees de zin voor.

Maak er een vraag van.

Nummer 2:

Vraag of je partner het nog een keer wil zeggen.

Wil je het nog een keer zeggen?

Kun je dat herhalen?

Wat zeg je?

Wordwall Hotel Hallo

Thema 2 makkelijk

Code google classroom: eznfvwm 

wordwall.net

Wordwall

Hotel Hallo thema 2

moeilijk

wordwall.net

Dagen van de week

wordwall.net

wordwall.net

Maanden van het jaar

wordwall.net

Dit is Lars

Dit is Lars

Dit is een jongen.

Hij speelt voetbal.

Hij heet Lars.

Hij komt uit Nederland.

Hij woont in Dokkum.

Dokkum ligt in Friesland.

Hij spreekt Nederlands en Duits.

Lars is vijftien jaar.

Hij gaat naar school

Hij gaat naar school.

Dit is Lars

in Dokkum.

heet Lars.

gaat naar school.

in Friesland.

een jongen.

15 jaar.

voetbal.

uit Nederland.

Dit is 

 Hij 

 Hij speelt 

 Hij komt 

 Hij woont 

 Dokkum ligt 

 Lars is 

 Hij 

Abdul praat met zijn buurman

Dag meneer, ik ben Abdul.

Ik kom uit Syrië.

Ik zit al twee maanden op school.

Ik ga met de bus naar school.

Ik wil liever met de fiets.

Mijn vrienden komen ook op de fiets.

Mijn vader zegt: "Je moet wachten.

Het is nu erg koud.

Je mag later op de fiets.                        Als het lente is.

Als het lente is."

maak de zinnen af

1. Abdul praat met ...                                         
   
2. Hij komt ......
   
3. Hij woont...  
   
4. Abdul gaat naar school... 
   
5. Zijn vrienden komen ...
   
6. Abdul mag.. 
   
7. Het is.... 
   

 zijn buurman

uit Syrië

op de fiets

niet op de fiets

nu erg koud

in  Nederland

met de bus

Werkblad

Happertje met vraagwoorden afmaken en gebruiken