Cursus 4 afronden, deel 1

Cursus 4 afronden
1 / 12
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 1

This lesson contains 12 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Cursus 4 afronden

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Welke omschrijving past het best bij het woord ‘moedertaal’?
A
de taal die iedereen in hetzelfde land spreekt
B
de taal die je van je moeder hebt geleerd
C
de taal waarin je hebt leren spreken vanaf je geboorte

Slide 2 - Quiz

This item has no instructions


Welke twee zinnen zijn waar?
A
Baby’s kunnen al een paar uur na de geboorte het verschil horen tussen hun moedertaal en een vreemde taal.
B
Baby’s kunnen bij de geboorte al horen en spreken.
C
Baby’s kunnen de taal van hun moeder al in de buik horen.
D
Het gehoor van een baby wordt pas na de geboorte gevormd.

Slide 3 - Quiz

This item has no instructions


Als je een paar zinnen Frans kunt spreken, is Frans voor jou een ?

A
tweede taal
B
vreemde taal

Slide 4 - Quiz

This item has no instructions

Kawa spreekt thuis Syrisch en op school Nederlands. Wat is zijn moedertaal? Leg je antwoord uit.
timer
1:00

Slide 5 - Open question

This item has no instructions

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Wat is een omschrijving van ‘Standaardnederlands’?
A
gewoon Nederlands
B
oud Nederlands
C
nieuw Nederlands

Slide 7 - Quiz

Dyslexie is een leerstoornis.
Iemand met dyslexie heeft moeite met lezen, schrijven en/of spellen, terwijl er sprake is van een normale intelligentie.

Welke twee zinnen zijn waar?
A
Duits is een streektaal in het zuiden van Nederland.
B
Een streektaal klinkt overal in het land hetzelfde.
C
Er bestaan ongeveer 28 streektalen in Nederland.
D
Fries, Limburgs en Nedersaksisch zijn officiële streektalen.

Slide 8 - Quiz

This item has no instructions

Streektaal kun je soms ? verstaan.
Kies het juiste woord.
A
moeilijk
B
makkelijk

Slide 9 - Quiz

This item has no instructions

Twee buurmeisjes spreken allebei Standaardnederlands, maar ze spreken daarnaast ieder een andere streektaal. Noteer een mogelijke oorzaak.
timer
1:00

Slide 10 - Open question

This item has no instructions

Hoe goed ben jij al voorbereid op de toetsweek wat betreft de toets van Nederlands?
0100

Slide 11 - Poll

This item has no instructions

Slide 12 - Slide

This item has no instructions