argumenteren havo 4

• Nederlands
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 4

Vandaag: hoe beantwoord je de vragen?

We bespreken dit aan de hand van opdr. 5 

Antwoord geven in LessonUp of als groepje.  

Beurt wordt aangewezen door Spin The Wheel 

Maak aantekeningen in de samenwerkingsruimte. 

Dit doet elk groepslid op een aparte pagina, waarna jullie later de aantekeningen samenvoegen.

Jullie vullen elkaar op die manier aan. 

Tekst lezen, weinig tijd. 

Hoe dan? 

titel, bron, voetnoot

tussenkopjes

bij lange alinea's: 1e regel van elke alinea lezen

tekstsoort bepalen

inleiding

slot

Woordenschat

indoctrinatie: hele alinea lezen

competentie en adequaat: alinea lezen

in de waagschaal stellen: zin lezen

participeren: klein stukje verder lezen

Spin The Wheel

vraag 3

waar let je op:

Wat is de vraag eigenlijk? Over wie gaat het? 

Er moet schema ingevuld worden en je mag kiezen! 

In deze vraag is het meerkeuze. Hoeft niet zo te zijn bij de toets! 

vraag 4

let op: het gaat alleen over alinea 5

constatering: wat is er vastgesteld/gezien? 

Kan in zo'n schema ook zijn: standpunt, probleemstelling

Wat moet er allemaal in het schema? 

vraag 5

antwoord is: argumentatie op basis van veronderstellingen (aannames)

Waarom? 

vraag 6

niet citeren

max. 25 woorden

begin met: John Wall bedoelt dat.... 

vraag 2

Wat als je meer dan 25 woorden gebruikt?

Mag je hier citeren? 

vraag 7

stijlfiguur: in toets geen meerkeuze. In deze opdracht wel. 

spin the wheel

vraag 8

Drogredenen in de toets meerkeuze

extra oefenen? 

Maak plusopdracht 7

Antwoorden staan in de inhoudsbibliotheek