Unit 3 grammatica klas 1C; meervoud en aanwijzende voornaamwoorden

Engels: meervoud en aanwijzende voornaamwoorden
1 / 14
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 1

This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Engels: meervoud en aanwijzende voornaamwoorden

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Kies hier de juiste meervoudsvorm van: Car
A
carres
B
cares
C
cars
D
carrs

Slide 3 - Quiz

Kies hier de juiste meervoudsvorm van: Bus
A
busses
B
buss
C
bussies
D
buses

Slide 4 - Quiz

Kies de juiste meervoudsvorm van: Party
A
partys
B
partyes
C
parties
D
partiees

Slide 5 - Quiz

Kies de juiste meervoudsvorm van: Elf
A
elfen
B
elfes
C
elfies
D
elves

Slide 6 - Quiz

Engelse aanwijzende
voornaamwoorden (4)

Slide 7 - Mind map

Slide 8 - Slide

Wanneer gebruik je "this"?

Slide 9 - Open question

Wanneer gebruik je "that"?

Slide 10 - Open question

Wanneer gebruik je "these"?

Slide 11 - Open question

Wanneer gebruik je "those"?

Slide 12 - Open question

Slide 13 - Link

Slide 14 - Link