This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes.
Items in this lesson
Hier zie je
A
geen goede lichaamshouding
B
een goede lichaamshouding
Slide 1 - Quiz
Wat kun je zeggen over de wervelkolom van deze jongen
A
Deze heeft een dubbele S-vorm
B
Deze heeft GEEN dubbele S-vorm
C
Deze heeft een S-vorm
D
Deze heeft GEEN
S-vorm
Slide 2 - Quiz
Waarom mag je bij het tillen je wervelkolom niet helemaal buigen?
A
Dan verschuiven de wervels
B
Dan verschuiven de kraakbeenschijven
C
Dan worden de wervels aan 1 kant helemaal platgedrukt
D
Dan worden de kraakbeenschijven aan 1 kant platgedrukt
Slide 3 - Quiz
Sleep de persoon naar het vakje waar hij bij hoort.
Goede houding
Slechte houding
Slide 4 - Drag question
Bij welke plaatje heeft de persoon een goede houding?
A B C
A
B
C
Slide 5 - Quiz
Opdracht 32.
Wat hoort bij elkaar? Sleep ze naar elkaar toe
de arm is uit de kom
door een stomp heb ik een blauwe plek
het gewrichtskapsel en de kapselbanden zijn beschadigd
kneuzing
verzikking
ontwrichting
Slide 6 - Drag question
Welke van onderstaande keuzes is een blessure aan bot of gewricht?
A
kneuzing
B
ontwrichting
C
bloeduitstorting
D
blauwe plek
Slide 7 - Quiz
Welke blessure zie je in de afbeelding? Let op: je ziet voor-en zij-aanzicht
A
Kneuzing
B
Botbreuk
C
Ontwrichting
D
Spierscheuring
Slide 8 - Quiz
Beschadiging van een weefsel, zonder dat er iets breekt of scheurt
A
Verzwikking
B
Kneuzing
C
Voetbalknie
Slide 9 - Quiz
Deze persoon heeft haar gewrichtskapsel te ver uitgerekt. Dit noemen wij een...?
A
Kneuzing
B
Ontwrichting
C
Verstuiking
D
Spierscheuring
Slide 10 - Quiz
Wat is geen effect van een goede warming-up?
A
De hartslag gaat omhoog
B
De kans op blessures wordt kleiner
C
De spieren worden opgewarmd
D
Je verbrand de meeste calorieën
Slide 11 - Quiz
Welke blessure is een vorm van RSI?
A
verzwikte enkel
B
muisarm
C
tenniselleboog
D
Zweepslag
Slide 12 - Quiz
Opdracht 31.
Sharon heeft tijdens het skien haar scheenbeen gebroken en moet naar het ziekenhuis. hierna staat wat er in het ziekenhuis is gebeurt. zet ze op volgorden.
1
2
3
Sharon krijgt gipsverband om haar been.
De arts zet de scheenbeen op goede stand.
De arts laat een rontgenfoto maken.
Slide 13 - Drag question
Opdracht 34.
Vul de volgende zinnen in door de goede woorden er naar te sleepen.
Je kunt de kans op een sportblessure verminderen door voor je begint een ________ te doen
Een warming-up begint meestal met ___________ lopen
Door een warming-up stroomt er meer ___________ naar je spieren
Bij een warming-up horen ook ________
Door sporten komen er afvlstoffen in de ____________
Door nadat je gesport hebt een __________ te doen heb je minder last van spierpijn
Een warme douche zorgt voor een goede ___________ van spieren