Stollingsstoornissen en arteriosclerose.

• Verpleegkunde
• MBO
• Studiejaar 3

Stollingsstoornissen en Arteriosclerose

Leerdoelen

Aan het eind van de les:

•  Weet je hoe een trombose ontstaat en herkend/behandeld wordt.
• Weet je wat een Tromboflebitis is en hoe dit herkend/behandeld wordt

• Weet je wat atherosclerose is en hoe dit behandeld wordt.
  

Herhaling

• Slagaders

       > Bloeddruk het hoogst
       > Schommelt

           - Systole

           - Diastole

• Capillairen

       > Tensie lager

• Aders

       > Tensie laagst

Hypertensie

Oorzaken

95% geen oorzaak = essentiële hypertensie of primaire hypertensie erfelijke factor

5% wel een oorzaak = secundaire hypertensie

Oorzaken Secundaire Hypertensie

Oorzaken secundaire hypertensie

• Een aandoening, bijv.:
  

       > Slaapapneusyndroom;

       > Vasculaire aandoening

       > Een nieraandoening;

       > Hormonale stoornissen: - Bijniermerg

                                                               - Bijnierschors

                                                               - Hyperthyreoidie

                                                               - DM

                                                                - Zwangerschap/pil: oestrogeen

• Voedingsfouten
  
• ouderdom
  
• Bepaalde geneesmiddelen.
  

Complicaties Hypertensie

• Artherosclerose
• CVA, TIA
  
• Angina Pectoris, MyocardInfarct, hartfalen
  
• Nierschade, functiestoornissen
  
• Meer hypertensie
  
• Netvliesschade
  
• Aneurysma
  

Atherosclerose

Atherosclerose/Arteriosclerose: Slagaderverkalking

• Natuurlijk verouderingsproces
• Vorming van 'plaques' in de slagaders

Atherosclerose is een belangrijke veroorzaker van hart en vaatziekten.

Arteriosclerose – het proces van verlies van elasticiteit van de slagaderen, door veroudering. De vaten worden stugger en nauwer.

Atherosclerose – het proces waarbij de binnenkant van de slagader beschadigd is. Er ontstaat verkalking, vetdeposities en vernauwing.

Wat is cholesterol?

Benoem risico factoren voor een hoog cholestrol

Risicofactoren

Die wel te beinvloeden zijn:

Risicofactoren:

Eat a healthy diet. To raise your HDL level, you need to eat good fats instead of bad fats. This means limiting saturated fats, which include full-fat milk and cheese, high-fat meats like sausage and bacon, and foods made with butter, lard, and shortening. You should also avoid trans fats, which may be in some margarines, fried foods, and processed foods like baked goods. Instead, eat unsaturated fats, which are found in avocado, vegetable oils like olive oil, and nuts. Limit carbohydrates, especially sugar. Also try to eat more foods naturally high in fiber, such as oatmeal and beans.

Stay at a healthy weight. You can boost your HDL level by losing weight, especially if you have lots of fat around your waist.

Exercise. Getting regular exercise can raise your HDL level, as well as lower your LDL. You should try to do 30 minutes of moderate to vigorous aerobic exercise on most, if not all, days.

Avoid cigarettes. Smoking and exposure to secondhand smoke can lower your HDL level. If you are a smoker, ask your health care provider for help in finding the best way for you to quit. You should also try to avoid secondhand smoke.

Limit alcohol. Moderate alcohol may lower your HDL level, although more studies are needed to confirm that. What we do know is that too much alcohol can make you gain weight, and that lowers your HDL level.

LDL en HDL 

• Verantwoordelijk voor het transport van cholesterol door het bloed 

LDL is een LOSER

HDL is een HERO

De verhouding tussen LDL en HDL noemen we de cholesterolratio. Een ‘scheve’ verhouding met te veel LDL vormt een belangrijk risico voor hart- en vaatziekten. De cholesterolratio wordt berekend door het totaal cholesterolgehalte (LDL + HDL) te delen door het HDL. De ratio hoort kleiner dan 5 te zijn

high-density lipoproteins

Stolling algemeen

Intrinsieke stolling

Extrinsieke stolling

Na verwonding:

1. Vasoconstrictie
   
2. Samenklonteren trombocyten = propvorming
   
3. Bloedstolling
   
4. Weefselherstel
   

Intrinsiek: dit is een proces dat in het laboratorium waargenomen wordt en is daarmee een goede maat voor de functionaliteit van de stolling in het lichaam. In het lichaam heeft de intrinsieke route een versterkende werking op de extrinsieke route;

Extrinsiek: hierbij wordt, onder invloed van weefselfactor dat uitgescheiden wordt door beschadigde cellen, de stolling geactiveerd. In het lichaam wordt de bloedstolling geïnitieerd door de extrinsieke route. De uitgescheiden weefselfactor noemt men Tissue Factor (TF)

Zorgt voor het korstje op de wond

Stolling bij Atherosclerose

Trombose

Trombose: stolselvorming in ader/slagader. (Gedeeltelijke) afsluiting van een bloedvat.

Observeren:

Verpleegkundige aandachtspunten 

anti-stolling

Welke situaties kom jij tegen op je stage en wat betekent dat voor je handelen?

Denk aan observaties, interventies en voorlichting, advies en instructie

Denk aan......

Immobiliteit

Pre-operatief

Operatie / onderzoeken

Trombopenie

etc.

Lichaam ruimt ook op:

Dit heet: Trombolyse

Afbreken van de propjes.

 

Maar soms is het te laat. 

Zoek de verdieping op

Learnbeat:

Ziekten van het hart, bloedvaten en bloed (ZH)

Ziekte van de bloedvaten en ziekten van het bloed

Stollingsproces en antistollingsmiddelen

Stappen in stolling:

 1, Trombocytenklontering; Trombocytenaggregratieremmers

2, kettingreactie van stollingsfactoren; Orale anticoalgulantia

3, fibrinenetwerkvorming; Heparinesoorten

1: Ascal®

2: Sintrom® en Marcoumar®

3: Heparinesoorten

bloedneus en maagbloeding!

Remmen de aanmaak van stollingsfactoren in de lever

INR is een maat voor de stollingstijd van bloed, het staat voor International Normalized Ratio. Het geeft aan hoe snel het bloed stolt. Van nature is de INR waarde 1; een INR waarde van 3 betekent dat het bloed 3 keer zo langzaam stolt. In plaats van in 15 seconden stolt het bloed pas na 45 seconden

Nieuwe Orale Anti Coagulatia: NOAC'S

• Werken niet als vitamine K-antagonisten
• remmen direct een stap in het stollingsproces (directe orale anticoagulantia) 

Vooral gebruik als antistolling bij atriumfibrilleren

Voordeel: vaste dosering, geen trombose dienst

Nadeel: geen middel om bloedingsneiging op te heffen (dat is inmiddels achterhaald)