Les 3

Les 3 Nederlands
Welkom!



1 / 28
next
Slide 1: Slide
NederlandsMBOStudiejaar 1

This lesson contains 28 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Les 3 Nederlands
Welkom!



Slide 1 - Slide

Meedoen?
lessonup.app
of
download de app: LessonUp-app
Vul de code in:

Slide 2 - Slide

Programma:
  • Hoe gaat het? & nieuws
  • Woordenschat
  • Vorige week
  • Hoofdgedachte en onderwerp {lezen, luisteren}
  • Dat en wat {spreken en schrijfvaardigheid}
  • Hun, hen of zij? {spreken en schrijfvaardigheid}
  • Huiswerk & volgende week

Slide 3 - Slide

Lesdoelen:
Je kent het verschil tussen het onderwerp en de hoofdgedachte en kunt dit benoemen bij de leesopdrachten.

Je weet wanneer je dat of wat moet gebruiken  zodat je dit zelf toepast bij  spreken en schrijven .
Je weet wanneer je hun, hen of zij moet gebruiken zodat je dit zelf toepast bij spreken en schrijven

Slide 4 - Slide

Maar eerst: hoe was jullie week? Geef een cijfer van 1 tot 10 voor jouw inzet voor school deze week!

Slide 5 - Open question

Wat ging er goed deze week bij je nieuwe opleiding? Heb je misschien een tip voor de andere studenten?

Slide 6 - Mind map

nieuws 1
-Stuur mij een bericht als het niet gelukt is om de twee instaptoetsen in Taalblokken af te ronden (wat zijn de belemmeringen).
-In Taalblokken: als bovenaan de klassencode zichtbaar is: hier vind je jouw persoonlijke leerroute (=blauw). Je kunt wisselen van de code van de klas naar "Alle lessen". Je ziet dan al het lesmateriaal.

Slide 7 - Slide

Nieuws 2
-Op het schrijfexamen kun je GEEN gebruik maken van de spelling- en grammaticacontrole (dit kun je zelf uitzetten in Word bij voorkeuren).
-Het eerste examen is (waarschijnlijk) het examen lezen/luisteren. Dit is dus een belangrijk onderdeel van Bouwstenen. Hou hier goed de focus op!

Slide 8 - Slide

Nieuws 3
-Status schrijfopdrachten: ik ontvang al veel opdrachten! Je ontvangt feedback. Sla desnoods een schrijfopdracht in Bouwstenen over.
-Het vragenuurtje Nederlands, op donderdag, is gewijzigd: van 18.00-18.30 uur.


Slide 9 - Slide

Woordenschat | extra tips
Probeer aan je woordenschat en leesvaardigheid te werken. 
1: schrijf onbekende woorden in een schrift/app en noteer de betekenis en de zin.
2: lees langere teksten. Een (digitale) krant?
3: kijk eens wat anders: nieuws/actualiteiten


Slide 10 - Slide

Wie heeft de Troonrede gezien of beluisterd? Kende je alle woorden?

Slide 11 - Open question

Vorige keer:
Signaalwoorden:
Geven verbanden tussen alinea's zinnen of zinsdelen.
Bijvoorbeeld: als je verbanden in tijd aangeeft: daarna, eerst, later, tijdens.
Bijvoorbeeld: als je een opsomming maakt:
bovendien, daarnaast, tevens, verder, vervolgens, ten slotte.
Schrijven doe je in fasen

Slide 12 - Slide

Hoofdgedachte en onderwerp
-Onderwerp: beschrijving in een paar woorden waar de tekst over gaat
-Hoofdgedachte: beschrijft in één zin het belangrijkste dat over een onderwerp wordt verteld.
-Onderwerp en hoofdgedachte kun je ook bepalen voor tekstdelen

Slide 13 - Slide

Wat is de 'hoofdgedachte?
(definitie)

Slide 14 - Open question

Spelling & Grammatica
dat en wat (verwijswoorden)

'Dat' gebruik je na een 'het' woord (na een onzijdig zelfstandig naamwoord). 
Voorbeeld: het meisje dat of het hotel dat

Slide 15 - Slide

Spelling en Grammatica
Wat
'Wat' gebruik je bijvoorbeeld na:
-alles, niets, iets, het enige: Alles wat hij wil, (...)
-een overtreffende trap: Het beste wat jij kan doen (...)
-een zin: Het regent, wat (...)
! Ga oefenen in Taalblokken

Slide 16 - Slide

Hun, hen of zij? Persoonlijke voornaamwoorden

Slide 17 - Slide

HUN

Slide 18 - Slide

HEN

Slide 19 - Slide

ZIJ 

Slide 20 - Slide

Nooit doen! :-)

Slide 21 - Slide

Ik heb het ... gisteren nog verteld
A
hun
B
hen
C
zij

Slide 22 - Quiz

Gisteren hadden ... nog niks voor Harry gekocht.
A
hun
B
hen
C
zij

Slide 23 - Quiz

Weet je waar ... spullen zijn?
A
hun
B
zij
C
hen

Slide 24 - Quiz

Ik heb het aan ... verteld.
A
hun
B
hen
C
zij

Slide 25 - Quiz

Huiswerk
-Taalblokken: bouwsteen 1 {lezen, luisteren}
- 01 Grammatica: woordsoorten, dat of wat, hun/hen, zij en verwijswoorden {schrijfvaardigheid en spreken}
-schrijfopdracht 'Vertel over jezelf`(zie opdracht in Teams) {schrijfvaardigheid}
Versnellen mag!


Slide 26 - Slide

Volgende week
- wat viel mij op bij de schrijfopdracht 'Vertel over jezelf'?
- voegwoorden {grammatica en spelling}
- Uitleg hoe het examen lezen /luisteren gaat.

Extra:
Volgende week donderdag 7 oktober, tijdens het vragenuurtje om 18.00, korte workshop over De APA Richtlijnen.



Slide 27 - Slide

Succes & fijne week!
Contact?
chat of mail

Slide 28 - Slide