Niet alleen zinnen, maar ook alinea's hebben met elkaar te maken. Dit noem je
alineaverbanden.
In blok 5 leerde je over vier manieren:
1. gebruiken van een signaalwoord
2. herhaling
3. overgangszin met een verwijzing (die, deze, daardoor, zulke, enz.)
4. aankondigende zin (laatste zin van de vorige alinea vertelt je wat er gaat komen)